ten van genoten opleiding; voorts de beste
ding van de gelden die thuis worden afgedra
gen door de buiten het bedrijf werkende kin
deren; ten slotte de juridische vorm die bij
overdracht wordt toegepast, evenals de mo
gelijke vormen van financiële samenwerking.
Ook indien aan de aldus gestelde voorwaar
den is voldaan, zal een belangrijk knelpunt bij
de overneming van bedrijven blijven bestaan.
De jonge boer, die het bedrijf overneemt en
daarvoor belangrijke kredieten moet opne
men, zal moeten zorgen voor de aflossing
daarop en zal over het geleende geld een
rente moeten betalen, die aanzienlijk hoger is
dan het normale rendement van de landbouw
gronden. De praktijk wijst uit - hier en elders -
dat het gemiddelde rendement van de grond
niet hoger is dan 1 a 11/2%. Mede in het be
lang van een gezonde ontwikkeling van de
agrarische bedrijfstak is het noodzakelijk te
streven naar voorzieningen waardoor de
zwaarte van deze problematiek kan worden
verlicht.
Het zal U bekend zijn, dat deze gehele pro
blematiek in de kringen van de landbouwor
ganisaties in studie is. Het laat zich aanzien,
dat van die zijde binnenkort voorstellen aan
de overheid zullen worden voorgelegd, welke
een verbetering van de huidige situatie be
ogen.
Voorlichting
In dit verband zou ik nog willen opmerken, dat
ook op financieel terrein een begeleiding en
ook een selectie van ondernemers noodzake
lijk zal zijn. Het is in de eerste plaats de taak
van de ondernemer zelf, zijn bedrijf te ontwik
kelen op zodanige wijze, dat het daarin opge
nomen vreemd vermogen redelijk verzekerd is
op basis van de groeimogelijkheden van het
eigen vermogen en op de grondslag van een
voortdurende versterking van de opbrengst
capaciteit van het bedrijf. Hierbij dient hij te
kunnen rekenen op bijstand van zijn organisa
ties en instellingen, met name van het land
bouwkredietwezen, alsmede op bijstand van
de overheid.
Op het gebied van de financiering en investe
ringen dient de ondernemer met vertrouwen
gebruik te maken van de door de standsorga
nisaties, de banken en de overheid geboden
voorlichting. Aspirant-ondernemers en onder
nemers op bestaande bedrijven zullen er goed
aan doen om deze voorlichting ter harte te
nemen en de consequenties te trekken uit
een eventuele afwijzing van een door hen in
gediende financieringsaanvraag. Zij dienen te
beseffen, dat het belang van boer of tuinder
niet gediend is met het stichten of in stand
houden van een bedrijf, dat zelfs bij behoor
lijke prijsverhoudingen geen redelijk inkomen
voor de ondernemer en diens gezin kan op
leveren. Onder de sociaal-economische taak
van de organisaties en de kredietinstellingen
kan niet worden begrepen het verlenen van
medewerking aan het stichten of in stand hou
den van dergelijke bedrijven. Wel zal tot deze
taak moeten worden gerekend de aspirant
ondernemers een zo goed mogelijke voorlich
ting te geven ten aanzien van de vraag of zij er
goed aan doen een bedrijf te beginnen, en
zo ja, op welke wijze.
Daarnaast zullen naar aanleiding van de inge
diende financieringsaanvragen aan de onder
nemers op bestaande bedrijven adviezen moe
ten worden gegeven terzake van de financie
ring en eventueel ook waarschuwingen, indien
2327