Trad de heer Fleskens meer op naar buiten, de heer Truyen heeft zich steeds beijverd voor de regeling van de juridische verhoudingen in en rondom de boerenleenbanken. Met name zijn wij hem grote dank verschuldigd voor wat hij heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van de statuten en reglementen van de boeren leenbanken en de centrale bank. Zich be wust van de betekenis voor de financiering van de landbouw van een krediet, dat zolang mogelijk ter beschikking van boer en tuinder kan blijven, had hij zijn hart en geest verpand aan de Boeren-Hypotheekbank, die zich van meet af op de verlening van langlopende le ningen gespecialiseerd heeft. Een week voor zijn plotseling afsterven was hij nog aanwezig op de cursusbijeenkomst te Roermond, waar hij deel nam aan de beraadslagingen over de conceptjaarstukken van de centrale bank. Hij verklaarde zich zeer getroffen door het feit, dat de boerenleenbanken het punt had den bereikt, waarop zij gemiddeld 57% van de toevertrouwde middelen zelf hadden uitgezet. Hij bracht in herinnering, dat het bereiken van dit punt in 1908 aanleiding had gegeven tot de oprichting van de Boeren-Hypotheekbank. Op de dag van zijn dood, op 5 april, schreef hij de brief waarin hij de uitnodiging aanvaardde om vandaag op deze algemene vergadering aanwezig te zijn. De Heer van Leven en Dood heeft anders be schikt. Maar in onze gedachten blijven leven de stiptheid en zorgvuldigheid, waarmede de heer Truyen de belangen van onze boeren leenbankorganisatie heeft gediend. Sedert 1912 hebben de heren Truyen en Fleskens in goede vriendschap samengewerkt aan de uitbouw en doeltreffende werking van onze boerenleenbankorganisatie. Gedenken wij hen thans samen in stilte nu zij beiden van ons zijn heengegaan. Ik moge U verzoeken daartoe een ogenblik stilte in acht te willen nemen. Ik dank U. Expansie De jaarverslagen, die U zijn toegezonden, staan in het teken van de toenemende bete kenis van onze landbouwkredietorganisatie en de daarmee verbonden instellingen voor de bevordering van de algemene welvaart en van het welzijn van boer en tuinder in het bijzon der. Deze tijd wordt op economisch terrein gekenmerkt door de afstemming van de pro- duktie-eenheden, zowel wat betreft de omvang van het bedrijf als wat betreft bedrijfsinrich ting, op de eisen van de grote Europese ge meenschappelijke markt. In deze ontwikkeling is de oplossing van het financieringsprobleem een voorwaarde om te slagen in het streven naar vergroting en spreiding van de welvaart. Welnu, met voldoening mogen wij constateren, dat de aangesloten boerenleenbanken, de Centrale Boerenleenbank zelf, de Boeren-Hy potheekbank, de Landbouwkredietverzekering 'Eindhoven' alsmede het Gemeenschappelijk Bankkantoor, waarin wij samenwerken met onze zusterorganisatie van Utrecht, blijkens de uitgebrachte verslagen, opnieuw met hun financieringsmiddelen, waarvan de totale be dragen aanmerkelijk hoger liggen dan in vo rige jaren, een belangrijke bijdrage hebben geleverd tot de versterking van de welvaarts positie van velen. Dit geldt in de eerste plaats de weliswaar in aantal slinkende zelfstandige bedrijven, zowel in industrie, ambacht en han- 2323

Rabobank Bronnenarchief

T03 | 1965 | | pagina 13