heel wat opsteken. Voor nog meer wijsheid wordt men verwezen naar aanbevolen litera tuur, die achterin is opgenomen. Een verkla rende woordenlijst geeft een beknopte doch duidelijke opheldering van de in de effecten sfeer voorkomende uitdrukkingen. Wat ons opviel is, dat geen enkel effect met man en paard genoemd wordt en dat even min voorbeelden voorkomen, al was het maar zonder naamsaanduiding van fondsen, van de samenstelling van portefeuilles. Vooral in de hoofdstukken risicospreiding en -selectie zou dat verhelderend zijn geweest. Niettemin kun nen wij dit boekje van harte aanbevelen. De Pachtwet, door mr. P. H. 1. Lamersuitgave van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond, 1964, tweede druk, 60 bladzijden. De schrijver van deze brochure is hoofd van de juridische afdeling van de Limburgse Land en Tuinbouwbond. Hij geeft een overzicht van de bepalingen van de Pachtwet van 1958 en licht deze op voor de leek zeer begrijpelijke wijze bondig toe. Door zijn typografie, over zichtelijke indeling en duidelijke uiteenzettin gen is de brochure zeer geschikt voor al die genen die in hun werk met pachtzaken te doen hebben. Voor bestuursleden en kassiers van boerenleenbanken zal het bijvoorbeeld bij de opzet van een financiering voor een pachter van belang kunnen zijn om te weten of zij in een bepaald geval met een geldige pachtover eenkomst te maken hebben. Dit soort vragen kunnen wij aan de hand van deze brochure beantwoorden. Wij vestigen er ten slotte nog de aandacht op dat in deze laatste druk ook het in januari 1963 in de Pachtwet opgenomen voorkeurs recht van de pachter wordt behandeld.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1965 | | pagina 26