de komende jaren aanzienlijke extra-bedragen
uit de schatkist voor de landbouw uit te trek
ken. Daarmee zou de Duitse landbouw in een
redelijke concurrentiepositie met die in an
dere landen, met name in Frankrijk, worden
geplaatst. De Boerenbond stond in deze erg
sterk, omdat de Duitse regering jarenlang uit
den treure in het openbaar had gesteld, dat de
verwezenlijking van de gemeenschappelijke
landbouwmarkt en de eenmaking van de land
bouwprijzen slechts dan aanvaardbaar zouden
zijn als eerst de concurrentieverhoudingen wa
ren rechtgetrokken. En dienaangaande had
den andere EEG-landen - zo stelde Duitsland
althans - in allerlei opzicht een onverant
woorde voorsprong, bijvoorbeeld wat betreft
vrachtprijzen, overheidsbijdragen voor de
landbouw in de sociale sfeer, brandstofprijzen,
enzovoort.
De Duitse Boerenbond heeft in wezen niet
anders gedaan dan de regering dwingen - als
voorwaarde voor de aanvaarding van een ver
laging van de graanprijzen - uit haar stand
punt de praktische conclusie te trekken in de
vorm van extra-gelden voor de Duitse land
bouw. Bovendien zouden de boeren nog een
volledige compensatie moeten krijgen zodra
de lagere graanprijzen ingaan; ook dit heeft
de regering toegezegd.
In Brusselse kringen is men enerzijds ver
heugd over het feit, dat Duitsland nu zijn
principieel verzet tegen de eenmaking van de
graanprijzen op een niveau beneden het Duit
se heeft opgegeven, maar anderzijds toch niet
bijster gelukkig met de concrete voorstellen
van Duitse zijde. Zo wil Duitsland hogere
prijzen voor tarwe en voergraan dan de Euro
pese Commissie heeft voorgesteld; het wil
desondanks grotere bedragen uit gemeen
schapsgelden dan in het voorstel van de
Commissie is voorzien.
Het ziet er niet naar uit dat de andere EEG-
landen bereid zullen zijn op basis van de
Duitse voorstellen beslissingen omtrent de
eenmaking van de graanprijzen te treffen. Zo
zal Italië, gesteund door andere landen, wel
blijven aandringen op lagere voergraanprij-
zen, dit met het oog op zijn veehouderij en
ook vanwege de financiële consequenties,
waarop wij vorige keer wezen.
Maar toch, ten gevolge van de nieuwe Duitse
houding heeft de EEG nu een begin kunnen
maken met reëel overleg over de graanprijzen
en diverse daarmee samenhangende of ge
koppelde onderwerpen. Frankrijk heeft daarin
aanleiding gevonden te verklaren, dat de da
tum van 15 december wel enigszins overschre
den mag worden, met andere woorden het
heeft zijn 'ultimatum' van oktober j.l. eniger
mate verzwakt.
Voedseltekorten in de wereld
Niet alleen in de EEG, maar ook in de Verenig
de Staten, in Canada en in diverse andere
graanexportlanden wijzen velen op het gevaar
van een aanmerkelijke produktiestijging, voor
al in Frankrijk, indien het gemeenschappelijk
prijsniveau aan de hoge kant zou zijn. Tege
lijkertijd worstelt een land als India met een
ernstig tekort aan voedsel, vooral tarwe cn
rijst. Wij willen hier niet de stelling verdedi
gen, dat de EEG rustig haar graanproduktie
zou mogen opvoeren, omdat er in ontwikke
lingslanden nog voedseltekorten bestaan.
Maar wel willen we enige aandacht schenken
aan een rapport van de Wereldorganisatie
voor Voedsel en Landbouw (F.A.O.): 'De toe-
2173