Contact met de sociaal-economische voorlichtingsdiensten van een redelijk percentage van het in deze installatie geïnvesteerde kapitaal. Voorheen gold hiervoor een maximum van een gulden per kubieke meter. Overzien wij het voorgaande dan kunnen wij constateren dat de pachtnormen voor de bes te gronden en gebouwen aanzienlijk zijn op getrokken. Of de mate van aanpassing juist is, is een vraag die moeilijk kan worden beant woord. Er hangt ook nog veel af van de wijze waarop de normen door de grondkamers wor den gehanteerd. Er is wel eens beweerd, dat de hoogste normen bijna nooit worden goed gekeurd omdat op onze wereld nu eenmaal niets volmaakt is! Dat de pachtprijzen vrij laag waren werd overigens door bijna nie mand betwijfeld. Zo'n situatie brengt evenwel risico's mee voor de financiering van de land bouw. Als de geldbelegging voor de verpach ter een te laag rendement opbrengt, zal hij het bedrijf van de hand willen doen. De mogelijk heid dat een dergelijke handelwijze voor de pachter minder prettige gevolgen heeft, is he lemaal niet denkbeeldig. Voor ondernemers met een relatief zwakke vermogenspositie is de pacht immers de goedkoopste en de beste mogelijkheid om grond en gebouwen in ge bruik te verkrijgen. Anderzijds nemen voor de pachter de pro- duktiekosten door deze aanpassingen toe. Hij moet er voor zorgen dat de hogere kosten in zijn opbrengsten worden goedgemaakt. Wil de rentabiliteit van zijn bedrijf er niet op ach teruitgaan, dan zal hij nog meer dan voorheen moeten trachten tegen minimale kosten hoog waardige produkten af te leveren. De gewestelijke standsorganisaties hebben met hulp van de overheid in het leven geroe pen sociaal-economische voorlichtingsdiens ten die sinds hun ontstaan bewezen hebben voor de boeren nuttig en belangrijk werk te doen. De voorlichting die deze diensten ver zorgen is veelomvattend. In het contact met de landbouwers komen echter vaak financie ringsvraagstukken aan de orde. Voor een juiste voorlichting is het dus belangrijk, dat de leden van de sociaal-economische voor lichtingsdiensten zoveel mogelijk op de hoog te zijn van de financieringsmogelijkheden en de daarbij behorende spelregels. Vandaar dat het reeds enige tijd gebruikelijk is dat nieu we leden van deze voorlichtingsdienst in de gelegenheid worden gesteld bij de Centrale Bank een stage van enkele weken door te brengen om zich op de hoogte te stellen van de financieringsmogelijkheden waarover onze landbouwkredietorganisatie beschikt en voor al van de wijze waarop financieringsaanvra- gen in de praktijk worden afgewikkeld. De ontwikkeling staat echter niet stil. Daarom 2155

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1964 | | pagina 13