joen minder dan in de vorige periode. Deze
verlaagde strafdeposito-verplichting was
voor de gelddisponenten desondanks geen
aanleiding om optimistisch te reageren. Zoals
ook allerwege werd verwacht, wilden de ban
ken zich in de aanvang van de nieuwe periode
van een zo goed mogelijke positie verzeke
ren. Juist nu de banksaldi de banken daartoe
royaal in staat stelden, zette men alles op
alles om zoveel mogelijk op deze verplichtin
gen vooruit te lopen. Deze mogelijkheid was
echter slechts van korte duur.
Volgens de weekstaat per 19 oktober bleek
het rijk een forse belastingslag geslagen te
hebben. Het saldo van de schatkist was met
niet minder dan f 340 miljoen toegenomen,
waardoor het rijk de beschikking had gekre
gen over een tegoed van f 939 miljoen.
Deze ontwikkeling week sterk af van de gang
van zaken in de voorgaande weken. Toen
vloeiden de ontvangsten van het rijk weer
grotendeels weg aan aflossingen op schat
kistpapier en dergelijke.
De banken konden de wegstroming van gel
den naar de schatkist slechts compenseren
door een beroep van f 156 miljoen op de Ne-
derlandsche Bank te doen middels het opne
men van dure voorschotten in rekening-cou
rant.
Deze weekstaat toont echter ook nog aan, dat
de kasposities van de banken op zich zelf ge
nomen nog niet een dergelijk zwaar beroep
op de kredietfaciliteiten van de Nederland-
sche Bank zouden hebben vereist. Boven het
aan te houden renteloze deposito bleek nog
zelfs meer dan f 60 miljoen meer ter beschik
king van de banken te staan. Dit vindt echter
zijn verklaring hierin, dat die banken die de
toegestane kredietgrens hadden overschre
den, zuinig waren op hun middelen, ook als
zij daarover in ruime mate konden beschik
ken.
De bankcommissie draalde dan ook niet om,
als juiste weerspiegeling van het marktbeeld,
de officiële callrente enkele malen te verho
gen. Met ingang van 21 oktober werd deze
zelfs op het hoge peil van 4% gebracht. In
die dagen was echter ook tegen 45/s% bijna
geen geld los te krijgen.
Deze uitgesproken krapte was echter geluk
kig niet van al te lange duur. Reeds op 26 ok
tober werd de markt verruimd doordat het
rijk de driemaandelijkse belastingafdracht
aan de gemeenten te doen had. Daarmee was
een bedrag van f 500 a 600 miljoen gemoeid.
Het moge hier even vermeld worden, dat dit
de laatste keer was dat deze uitkeringen aan
gemeenten per kwartaal geschiedden. Met in
gang van januari van het volgend jaar zullen
deze uitkeringen niet meer driemaandelijks
doch op de vijftiende van elke maand plaats
vinden. Op de geldmarkt zal men deze veran
dering, die tot een meer gelijkmatige toestro
ming van middelen leidt, uiteraard alleszins
toejuichen.
De banken, die dit geld in eerste instantie op
hun rekening kregen, hebben er onder an
dere de voorschotten bij de Nederlandsche
Bank mee kunnen aflossen. Uiteindelijk hiel
den zij er nog een bedrag van f 284 miljoen
aan over, zodat het tegoed van de banken op
de weekstaat per dezelfde datum met ruim
f 500 miljoen prijkte.
Op dezelfde dag werd de callrente dan ook
teruggebracht naar 31/2% ©n twee dagen la-
2124