De gouden tientjes die we kennen uit 1898 werden geslagen met de afbeelding van ko ningin Wilhelmina met opgestoken haar en kroontje, hoofd naar rechts. Dit gouden tien guldenstuk noemt men het kroningstype. Er werden 99.239 stuks van geslagen. Het derde en vierde type zijn ons het meest bekend. Het derde type werd geslagen in de jaren 1911 13 en in 1917. Het draagt de af beelding van Wilhelmina in borstbeeld met nog gedeeltelijk de hermelijnmantel zichtbaar. Het vierde type, waarvan eveneens grote aan tallen werden geslagen in de jaren 1925-'27, 1932 en 1933, draagt de beeltenis van het hoofd van Wilhelmina met opgestoken haar. We zullen ons niet gaan bezighouden met de prijzen van gouden munten, omdat die door de wisselende goudprijzen en hun numismatieke waarde van tijd tot tijd veranderen. U vertellen dat de huidige intrinsieke waarde (dus gemeten naar het zilvergehalte) van de gulden f 0,70 is en van de rijksdaalder f 1,62. Wat tegenwoordig nog aan goud geslagen wordt zijn herdenkingspenningen van bepaal de gebeurtenissen. De internationale keuze is groot. We noemen Koningin Juliana en Prins Bernhard, Prinses Beatrix, 150 jaar Koninkrijk, 500 jaar Staten-Generaal, 100 jaar Suriname, Paus Johannes XXIII, Paus Paulus VI, de Con ciliepenning en de herdenkingsdukaat van Koningin Wilhelmina zowel in goud - dukaten goud - als in platina. We zouden met vele penningen deze serie kunnen aanvullen. Voor de kenners is dit over zichtje echter niet bedoeld. Aspirant-kopers van gouden munten kunnen zich het beste bij de banken vervoegen, waar zij uitvoerige in lichtingen kunnen krijgen. Bijna elk land ter wereld bezit een keur van gouden munten, die echter nergens meer als wettige betaalmiddelen worden aangemerkt. Zij kunnen vanwege de hoge goudwaarde als zodanig ook geen dienst meer doen en zijn in de lopende muntwetten niet meer onder de wettige betaalmiddelen opgenomen. Zij spe len nu een rol bij de goudoppottingen en de verzamelingen. We lazen onlangs al in oen Amerikaans tijdschrift, in een artikel dat han delde over het tekort aan munten aldaar, dat er mensen zijn die zilveren munten oppotten in de verwachting dat de zilverprijzen zo zul len stijgen dat de zilveren munten meerwaard worden dan de daarop aangegeven waarde. Deze hoop kan men wel laten varen voor wat onze munten betreft. Ter oriëntatie mogen wij 2110

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1964 | | pagina 16