In Münster konden zij thans tot vruchtbare
discussies komen aan de hand van de in ge
zamenlijk overleg opgestelde agenda.
Uit de discussies bleek, dat niet alleen in Ne
derland toenemende concurrentie bestaat bij
het aantrekken van spaargelden. Het was dan
ook bijzonder nuttig van de vertegenwoordi
gers van de verschillende landen te vernemen
hoe hun publiciteitsbeleid gericht is en van
welke middelen zij nog meer gebruik maken
dan de bekende, wij zouden haast zeggen
orthodoxe middelen als folder- en brochure
verspreiding, affiches en geadresseerde brie
ven. Met al deze middelen geeft men bekend
heid aan de bankfuncties die de boerenleen
bank uitoefent en waarin zij zich beslist niet
de mindere behoeven te voelen van een han
delsbank. Dit blijkt ook uit de slagzin 'Bank
voor ledereen', die men zowel in Oostenrijk
en Duitsland voert. Maar ook uit de grote
waarde die men hecht aan moderne en goed
ingerichte bankgebouwen en aan een hoog
opgevoerd dienstbetoon.
Uiteraard werd bijzondere aandacht geschon
ken aan de contacten met de pers en aan de
mogelijkheden die radio en televisie bieden.
Wat dit laatste medium betreft hebben onze
oosterburen vanzelfsprekend een voorsprong
door de reeds ingevoerde commerciële televi
sie. Films blijken in Duitsland en Oostenrijk
van afnemende betekenis; in Frankrijk wordt
echter van films met een duur van 1 tot 25 mi
nuten nog een druk gebruik gemaakt.
Bij een reeds lang gekoesterde wens, namelijk
te komen tot een Europees spaarboekje, werd
lang stilgestaan.
Als uitgangspunt zou moeten dienen het reeds
in Oostenrijk en West-Duitsland bestaande
'Ringspaarboekje'. Het bezwaar van deze
naam is echter, dat het niet in alle landen te
gebruiken is. Wij vragen ons dan ook af of
hier de oplossing niet gezocht moet worden in
een voor geheel Europa te gebruiken cheque.
In ieder geval kan ook deze vijfde bijeenkomst
geslaagd genoemd worden. Het is in deze tijd
van toenemende concurrentie in het bankwe
zen bijzonder nuttig ervan kennis te kunnen
nemen hoe anderen de problemen rondom het
zo belangrijke bedrijfsonderdeel 'publiciteit'
trachten op te lossen.
2012