genstelling tot later en nu, volledige dekking in
goud aanwezig was.
Omdat een groot gedeelte van het bij de goud
smeden gedeponeerde goud nooit werd op
gevraagd, gingen velen van hen over tot het
uitlenen van geld op basis van het aanwezige
goud. Men maakte dus certificaten tot een
grotere gezamenlijke waarde dan de waarde
van het aanwezige goud. Zo ontstond er pa
pieren geld, waarvoor geen volledige dekking
in goud meer aanwezig was. De naam van de
goudsmeden was blijkbaar zo goed, dat het
papieren geld algemeen geaccepteerd werd.
Men dacht er eenvoudig niet aan, zoals wij
ook nu, dat het papiertje zelf veel minder
waard was dan erop vermeld stond.
Vanwege de invloed van de geldomloop op de
economische toestand zijn de overheden zich
met dit papieren geld, dat zich geleidelijk tot
bankbiljet ontwikkelde, gaan bemoeien. Zij
hebben nu in de meeste landen, waar het de
uitgifte van de bankbiljetten betreft, de touw
tjes stevig in handen via de door hen aange
wezen circulatiebanken. Het goud was in die
jaren de volledige basis van de waarde van
het geld.
Ook nu nog, hoewel andere economische fac
toren de waarde van het geld grotendeels be
palen, is het goud in zekere zin de basis voor
de geldcirculatie, het aantal in omloop ge
brachte bankbiljetten. Op hun beurt vormen
de bankbiljetten de basis voor de omloop van
het girale geld.
We zullen ons met deze problematiek echter
niet bezighouden en rustig verder borduren
op het bekende patroon van goud als basis
voor de geldcirculatie. De in omloop zijnde
bankbiljetten dienen in ons land, volgens Ko
ninklijk Besluit van 1956, voor minstens 50%
2000
gedekt te zijn door goud of door direct of
indirect in goud omwisselbare buitenlandse
valuta. In feite ligt het dekkingspercentage al
jaren op 90% of hoger.
De direct of indirect in goud omwisselbare
buitenlandse valuta kunnen bestaan uit de
aanwezige buitenlandse valuta's en de tegoe
den bij buitenlandse banken onder aftrek van
de tegoeden van buitenlandse banken bij ons.
Dat voor deze dekking in deviezen een sterke
valuta wordt gebruikt behoeft geen toelichting.
Het Engelse pond en de Amerikaanse dollar
zijn gewilde valuta's, alhoewel men zich er in
Amerika nogal wat zorgen over heeft gemaakt,
omdat de totale buitenlandse vorderingen op
de Verenigde Staten de goud-voorraad van dit
land met 10 miljard dollar overtreffen. Het was
dus zeker geen onnodige bezorgdheid van de
Verenigde Staten om de situatie wat te gaan
verbeteren. Ook is het begrijpelijk dat vele
economen zoeken naar mogelijkheden om tot
betere internationale monetaire regelingen te
komen. De goudwinning houdt nu eenmaal
geen gelijke tred met de expansie van het in
ternationale betalingsverkeer. Dit vormt een
van de voornaamste oorzaken van de inter
nationale monetaire problemen.
Als voornaamste landen van de wereld-goud-
produktie, buiten de communistische landen,
kunnen we noemen in volgorde van hoeveel
heden gewonnen goud: Zuid-Afrika, Canada,
de Verenigde Staten, Australië en Ghana. Rus
land heeft eveneens een zeer grote goudpro-
duktie, doch exacte cijfers zijn in het Westen
onbekend. Er wordt wel veel Russisch goud
op de Westerse markten aangeboden en wel
zó, dat vaak eenzelfde partij tegelijkertijd aan
geboden wordt op de goudmarkten van Lon
den, Parijs, Zürich, Hongkong enzovoort, ten-