Erkentelijkheid Ik zou dan ook willen aanvangen met een woord van oprechte dank jegens allen, die hierin hebben meegeholpen. Ik denk hierbij aan de beheerders en kassiers, die veel werk hebben verzet om deze ontwikkeling in onze landbouwkredietorganisatie mogelijk te ma ken. Ik denk daarbij ook aan directie en staf en het verder personeel van de Centrale Bank, die met zoveel succes de dynamische ontwik keling van de boerenleenbanken in 1963 bij de Centrale Bank hebben weten op te vangen. Zij mogen allen met voldoening terugzien op het afgelopen jaar. Dit jaar bracht naast een verrassende uitbreiding van het middelenre servoir der boerenleenbanken ook een be langrijke toeneming van de eigen uitzettingen der boerenleenbanken. Het gunstig gevolg daarvan was een verbreding van de rentabili- teitsbasis, die vooral met het oog op de toe komst van een niet te onderschatten betekenis zal blijken te zijn. De verslaggeving, zoals die in het jaarverslag tot uiting is gebracht, is in overeenstemming met de klinkende cijfers die daarin tot uitdrukking komen. Hulde aan de samenstellers van dit verslag. Het kan niet in de bedoeling liggen, dat ik in mijn toelichting bij de jaarstukken op alle on derdelen en facetten van het rijk gevarieerde boerenleenbankwezen inga. Door de alge meen directeur zal straks nog worden gespro ken over de betekenis en de spreiding van de spaarvormen, waardoor onze boerenleenban ken in staat zijn in haar spaarbankafdeling aan de spaarders die variëteiten van spaarvor men te bieden, waaraan zij blijkens de praktijk behoefte hebben. Over de uitzettingen van de boerenleenbanken 1918 word in deze algemene vergadering reeds het een en ander gezegd. Ongetwijfeld zal bij ken nisneming van ons jaarverslag met erkentelijk heid zijn geconstateerd, dat dit jaar voor het eerst een tabel kon worden opgenomen be treffende de bestemming van de verstrekte voorschotten. Nu, zoals uit het jaarverslag blijkt, een bedrag van niet minder dan f 355 miljoen daarmede was gemoeid, bestaat daar aan temeer behoefte. Het doet mij genoegen vanaf deze plaats mijn erkentelijkheid te kunnen uitspreken voor het feit. dat telkenjare meer gegevens beschik baar kunnen worden gesteld. Daardoor kan een beter inzicht worden verkregen in de aard van de werkzaamheden bij onze boerenleen banken. Het voor enige jaren bij de Centrale Bank opgerichte Economisch Bureau heeft daarmede zijn sporen verdiend; vol vertrou wen zien wij de verdere resultaten van de werkzaamheden van dit Bureau tegemoet. Daarbij denk ik met name ook aan het voort gaande onderzoek dat dit Bureau in samen werking met het Gemeenschappelijk Instituut voor Toegepaste Psychologie instelt naar de beweegredenen, die ertoe leiden om in zakelij ke relatie met onze boerenleenbanken te tre den. Rentabiliteit Niet minder verheugend was het, dat in het verslagjaar ook de bedrijfsresultaten van de boerenleenbanken in hun totaliteit bezien een belangrijke verbetering te zien gaven. Het is interessant om de ontwikkeling van de bedrijfsresultaten van de gezamenlijke boe renleenbanken te stellen naast die van de Centrale Bank zelf. Wij zien dan, dat bij de gezamenlijke boerenleenbanken in het jaar

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1964 | | pagina 28