Landbouwkrediet verzekering 'Eindhoven' REDE VAN DE HEER DELHOUGNE Ter toelichting bij de jaarstukken van de Land bouwkredietverzekering 'Eindhoven' hield de voorzitter van het bestuur, de heer Delhougne, de volgende rede. De grote expansie, die de kredietverlening der boerenleenbanken in het verslagjaar heeft te zien gegeven, is mede mogelijk gemaakt door de sterk toegenomen activiteiten van de n.v. Landbouwkredietverzekering 'Eindhoven'. Deze stijging vond plaats, zowel in de agra rische als in de niet-agrarische sector. Uit het in het verslagjaar bereikte resultaat spreekt duidelijk, dat de Landbouwkredietverzekering berekend blijft voor de taak, die met het in le ven roepen van dit instituut werd beoogd. Haar doelstelling is onder meer het activeren van financieringsmogelijkheden, die zonder het instituut van de kredietverzekering niet of in mindere mate tot ontplooiing zouden kun nen komen. Zorgvuldige beoordeling Alleen reeds bij de toepassing van de verze kering van aanvullende hypothecaire voor schotten en kredieten werd in het verslagjaar voor ongeveer 20 miljoen ten behoeve van de boerenleenbanken in verzekering genomen. Dit verzekerde bedrag had betrekking op een totale hypothecaire financiering van ongeveer 80 miljoen, dat wil zeggen ongeveer 25% van de totale voorschotverlening der boeren leenbanken. Bij het in verzekering nemen van aanvullende hypothecaire leningen wordt na gegaan of met behulp van de aanvullende hy pothecaire voorschotten of kredieten een pas sende financiering wordt verkregen. Daarbij wordt ervan uitgegaan, dat de zeker heid, welke kan worden gevonden in een top- hypotheek op het te verbinden onroerend goed, slechts één facet is van een complex van factoren, dat bepalend is voor de vraag of de financiering al dan niet verantwoord kan worden geacht. Nagegaan wordt voorts de rentabiliteitspositie van het bedrijf en wel of deze zodanig is, dat onder normale omstan digheden de verschuldigde rente en aflossing door de voorschot- of kredietnemer kan wor den opgebracht. Ook wordt in de beoordeling betrokken de verhouding tussen het eigen en vreemde vermogen. Zoveel mogelijk wordt ook nagegaan de onderhoudstoestand van het bedrijf en de vakbekwaamheid en het onder nemerschap van de boer of tuinder. Bij dit on derzoek worden veelal de kredietadviseurs in geschakeld, hetzij op verzoek van de boeren leenbanken of van de Landbouwkredietverze kering zelf. Daarbij wordt ook samengewerkt met de Rijksvoorlichtingsdienst; dit is met na me dan het geval, wanneer het Borgstellings fonds voor de Landbouw een nog verdergaan de financiering met een Borgstellingsfonds- garantie mogelijk maakt. 1913

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1964 | | pagina 23