Jaarverslagen band met de regelingen voor plantaardige oliën en vetten. De invoer van deze grondstof fen zal in de EEG vrij zijn. Het gevolg is dat ook de margarineprijzen laag zouden kunnen blij ven. Maar nu wil Italië zijn olijvencultuur be schermen door een heffing op de grondstof fen voor margarine te leggen, waardoor dit produkt dus relatief duurder wordt. Ten dele hebben de Italianen hun zin gekregen. Neder land behoeft de heffing voorlopig echter nog niet rechtstreeks door de consument te laten betalen maar mag deze belasting uit de schat kist voldoen. Voorlopig zal de margarineprijs dus hierdoor nog niet behoeven te stijgen. Naast deze zuivelregeling is ook voor rund vlees en slachtrunderen een gemeenschappe lijk beleid uitgewerkt. Dit komt neer op een systeem van oriëntatieprijzen, douanerechten, aanvullende heffingen en nog enkele afwij kende maatregelen. De oriëntatieprijs is onge veer hetzelfde als de richtprijs. Voorlopig wordt jaarlijks voor elk land deze oriëntatie prijs vastgesteld. Verder blijven er nog inter ne douanetarieven gelden, die echter geleide lijk moeten worden afgebroken. De zes landen behouden het recht om rundvlees uit de markt te nemen als het prijspeil 7 tot 4% beneden de oriëntatieprijs ligt. Bovendien mag men dan nog aanvullende heffingen op het douanetarief leggen. Dit laatste mag ook zonder dat de staat op de markt ingrijpt, maar dan moet het prijs peil meer dan 10% beneden de oriëntatieprijs zijn gedaald. In hoeverre op invoer uit derde landen eveneens heffingen op het douaneta rief mogen worden gelegd, kan op dit moment nog niet exact worden aangegeven. Wel zul len er zodanige heffingen worden opgelegd dat de oriëntatieprijzen op de binnenlandse markten niet in gevaar worden gebracht. Dit is zo geregeld dat door derde landen nooit beneden de interventieprijzen zal kunnen wor den aangeboden. Samengevat kan de conclusie luiden, dat de landbouwintegratie door de beslissingen van In onze circulaire no. 1202, waarmee het mo del-jaarverslag 1963 voor onze boerenleen banken werd aangekondigd, spraken wij er reeds over, dat vele boerenleenbanken bij de samenstelling van hun jaarverslag zelf tot lofwaardige initiatieven waren gekomen. Daar mee willen wij niets ten nadele zeggen van diegenen, die hun jaarverslag door de Cen trale Bank laten verzorgen. Integendeel. Het is een efficiënte manier om een verzorgd jaar verslag aan de leden voor te leggen. Maar omdat wij in de afgelopen maanden voor een 150 banken de jaarverslagen vervaardigd heb ben, is het ons nog eens extra duidelijk ge- 1874

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1964 | | pagina 20