De tweede
landbouw-marathon
verzekeringsvorm, die 'na afloop' aan de
rechthebbende een kapitaalsuitkering garan
deert. In vele gevallen moet betwijfeld worden
of de verzekerde zonder zodanige verzekering
wel in die mate gespaard zou hebben. Voorts
zijn er ook nog de fiscale aspecten. Ons be
toog richt zich dan ook zeker niet tegen de
gemengde verzekering als zodanig, doch te
gen de gemengde verzekering als dekking
van overlijdensrisico tegenover een bedrijfs
schuld.
Zeker bij het aangaan van de schuld en ook
gedurende de eerste jaren ligt de taak van de
jonge boer, behalve in de zorg voor het le
vensonderhoud, hoofdzakelijk in verbetering
van de vermogenspositie van het bedrijf. Deze
verbetering wordt niet verwezenlijkt door ver
mogensvorming buiten het bedrijf. Door snel
le aflossing van bedrijfsschulden krijgt de
boer ruimte vrij om door aantrekking van
nieuw vreemd vermogen tot verdere verbete
ring of intensivering van het bedrijf te komen.
Indien in later jaren het gezinsinkomen vol
doende blijkt te zijn om via de gemengde ver
zekering vermogensvorming mogelijk te ma
ken, zal de boer verstandig doen daartoe als
nog te besluiten. Indien hij een gemengde
verzekering sluit ter dekking van het over
lijdensrisico tegenover een bedrijfsschuld,
houdt dit echter in dat hij een deel van de
premie betaalt voor een kapitaalsuitkering.
We zien dan de figuur optreden van sparen
ten koste van het eerst later aflossen van een
schuld. Dit is niet doelmatig.
De verwezenlijking van een gemeenschappe
lijke landbouwpolitiek lijkt soms een welhaast
utopische opgave. De toch al moeizame weg
naar een economische unie is rijkelijk voor
zien van talrijke kuilen van vooral agrarische
oorsprong. Grote 'verschillen in prijzen, pro-
duktiekosten, overheidssubsidies en efficien
cy bij de voortbrenging en afzet tussen de lid
staten bemoeilijken het streven naar harmoni
satie. Maar er is meer. Ook de nationale land
bouwpolitiek wordt tot op zekere hoogte daar
bij op de helling gezet. Dat de'Europese' land
bouwpolitiek nog geen afbraak van de be
scherming binnen de gemeenschap heeft we
ten te bereiken, is daarom wel verklaarbaar.
Toch zou het onjuist zijn te beweren dat de
grote Brusselse problemen alleen van agrari
sche aard zijn. Integendeel, de vaak tegenge
stelde gedachten over de politieke integratie
zijn fundamenteel. De gevolgen van deze ver
schillen in visie vindt men regelmatig terug
tijdens de onderhandelingen in Brussel. De
aspecten van internationale handel en de op
bouw van een gemeenschappelijke markt-
1809