Schaduw-administratie.
30
Wenscht men een vaste leening in een crediet in loopende reke
ning om te zetten, dan brengt men in de onderlinge verhoudingen
een zeer diep ingrijpende wijziging, waardoor, ook al wordt de
bestaande vaste leening niet terstond bij de omzetting afgelost,
deze schuld toch een ander karakter verkrijgt en niet meer
dezelfde schuld is, als waarvoor de hypotheek door den schulde
naar werd gegeven. De oorspronkelijke schuld is dan juridisch
teniet gegaan.
Uit het bovenstaande volgt, dat omzetting van een bestaand
vooi schot in een crediet, met behoud van de gestelde hypothecaire
zekerheid, niet mogelijk is.
Ons artikel over de schaduw-administratie heeft het gevolg
gehad, dat van meerdere banken brieven binnenkwamen met
voorstellen, welke min of meer van die van ons afweken.
Een tweetal ideeën, welke ons voor sommige banken practisch
uitvoerbaar lijken, geven wij hier ter nadere overweging
I. Op een bepaalden datum wordt een staat van grootboek I,
II en III samengesteld, vermeldende folio, naam, woonplaats,
Serie No. van het boekje en saldo van de cliënten.
Op den staat van grootboek III worden ook de onpersoon
lijke rekeningen benevens de saldi vermeld.
Vanaf den datum, waarop deze staten zijn samengesteld
worden vervolgens copieën van de beide dagboeken bijge
houden (op staten of in dagboeken), welke elders geborgen
worden. Mocht onverhoopt de administratie der bank verloren
gaan, dan kan met behulp dezer copie-dagboeken en de
staten een nieuwe adminstratie worden samengesteld.
II. Wanneer het samenstellen van copie-dagboeken, als bedoeld
onder I, te veel tijd mocht vergen, dan zouden de boekjes
met kwitanties en stortingsbewijzen, welke gebruikt zijn vanaf
den datum, waarop de onder I bedoelde staat is aangelegd
elders kunnen worden bewaard.
Ook de zng. „losse" kasbescheiden zullen dan daar een
plaatsje moeten vinden.
In deze gevallen zullen dus, öf de copie-dagboeken öf de nog
onderhanden zijnde boekjes met kwitanties en stortingsbewijzen,
dagelijks van en naar het kantoor van de bank getransporteerd
moeten worden.
Een onzer banken adviseerde om naast de in gebruik zijnde
boeken een tweede serie boeken aan te leggen en doorloopend bij
te werken. Deze tweede serie boeken zou dan elders bewaard
moeten worden. Wij hadden hieraan ook reeds gedacht, daar hier
de administratie dan steeds volledig bij kan zijn, maar vonden het