Bij de vergelijking van twee gecombineerde balansen onzer Boerenleenbanken. 9 der leveranciers, een ander deel wordt door de boerenleenbanken in contanten uitgekeerd. We kozen dezen tusschenvorm, omdat het ons bekend is, dat er tegen den vorm van de zuiver girale melkgelduitbetaling (dus geheel door overschrijving) bezwaren bestaan, vooral in verband met de betalingsgewoonten der boeren bevolking. Het is interessant de cijfers op de gecombineerde balansen der 721 aangesloten boerenleenbanken van 31. December 1939 en van 31 December 1942 te vergelijken. Ze luiden als volgt (in duizenden guldens) Debetzijde 31 Dec. 1939 31 Dec. 1942 Kas 10.220 2,7 13.882 2,6 Centrale Bank 70.314 18,6 206.153 38,4 Waardepapieren 25.272 6,7 123.894 23,1 Aandeelen Centrale Bank 79 975 0,2 Debiteuren in rek.crt. 86.772 22,9 47.322 8,8 Voorschotten 179.293 47,3 122.572 22,9 Leeningen Gemeenten enz. 1.806 0,5 16.896 3,2 0,4 1.191 0,2 Meubilair 129 97 Vaste goederen 3.445 0,9 3.324 0,6 Diverse rekeningen 174 123 378.884 100,— 536.429 100,— Creditzijde Spaargelden 311.924 82,3 410.089 76,5 Crediteuren in rek.crt. 39.417 10,4 97.193 18,1 Centrale Bank 2.078 0,6 30 Rente, provisie en kosten 139 534 0,1 Reserve 23.759 6,3 27.490 5,1 Winst 1.567 0,4 1.092 0,2 378.884 100, 536,428 100,— Bij de beschouwing en onderlinge ver "gelijking trekken enkele cijfers wel zeer bijzonder de aandacht. De groote toevloed van geld wordt duidelijk gedemonstreerd door de toename der spaargelden en creditsaldi in rekening courant met 156 millioen gulden. (De stijging zette zich intus-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Berichten' (CCRB) | 1944 | | pagina 9