onder het hoofd^LTLninrvarcrediTten"1111 nUmmer SchVeven 10 schen in 1943 in snel tempo voort: sinds 1 Januari van dat jaar namen de toevertrouwde middelen toe met ruim 130 millioen gulden). De zeer ingekrompen, credietbehoefte blijkt uit de daling van voorschotten en debetsaldi in rekening-courant. Deze daling is zoowel absoluut als relatief. Hel totaalbedrag daalde n.1 van 266 mill gulden tot 170 mill. gulden, alzoo een absolute daling van 96 mill. gulden. Relatief, dus in verhouding tot de totale balanscijfers, daalde het percentage van 70 tot 32. Opmerkelijk is de stijging van het cijfer van het bezit aan waardepapieren (effecten en schatkistpapier). De banken zijn verplicht, wi len ze voor de eigenlijke spaargelden nog een be hoorlijke rente kunnen uitkeeren en hun exploitatierekening slui tend kunnen maken, beleggingen te zoeken, nu de credietvraag zoo aanzienlijk is teruggeloopen. Vooral de vraag naar schatkistpromessen is groot. Dit papier uit de eerste hand (door de schatkist) wordt echter mondjesmaat uitgegeven en is ten eenenmale onvoldoende om aan de vraatf tegemoet te kunnen komen. De promessen kunnen, om onbillijk heden te voorkomen, voorloopig niet aan onze boerenleenbanken worden beschikbaar gesteld. De geringe toewijzing, welke de Centrale Bank krijgt, wordt door haar aangehouden om de vastgestelde rente voor alle boerenleenbanken nog te kunnen uitkeeren. DIet disconto van de schatkistpromessen uit de tweede hand (op de geldmarkt verkrijgbaar) heeft een dergelijk laag peil bereikt dat deze voor onze banken geen aantrekkelijk beleggingsobject me®[.,Yorme"- Immers het disconto voor jaarpapier is 7/8 en blijft nog beneden de rentevergoeding ad 1 door de Centrale öank gegeven voor de surplus-gelden. De mogelijkheid van uitbreiding van het effectenbezit bestaat henedpr^nf bePerkJ' in het bijzonder indien men beneden of ongeveer a pari w.1 aankoopen, hetgeen o.i. voor onze oblitfabe^N vHers1tan,dlgst 1S' In aanmerking komen dan slechts obligaties Nederland en wel 3]/2 obl. 1941, 1942 en 1943 de m j ®n obb 1938- Met den aankoop moet men echter niet te ver gaan. Effecten behooren o.i. door de boerenleenbanken te worden aangekocht als udfoBnis DeëÊbngft men m°et 26 kunnen aanhouden tot de koersdalingen °Vermati«e last van tusschentijdsche Daarom moet men zich bij het bepalen van het bedrag van eventueelen aankoop baseeren op de cijfers van de eigenlijke toekomst M mogelijlte stijging der credietbehoefte in de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Berichten' (CCRB) | 1944 | | pagina 10