Land bou w-economisch nieuws Weidestreken moeilijk Na de beslissingen van de regering ten aan zien van het zuivelbeleid is het niet overal in de landbouw rustig geworden. In de zandgebieden met gemengde bedrijven is de situatie nu alles bij elkaar en gemiddeld ge zien vrij gunstig en rustig. De redelijke eier- prijzen, hoge varkens- en kalverenprijzen, behoorlijke prijzen voor slachtvee en slacht- gevogelte en een aanmerkelijk betere op- brengstprijs voor de melk zijn factoren die de stemming onder deze boeren in gunstige richting beïnvloeden. Veel moeilijker ligt het in bepaalde weidestreken, met name in de laagveengebieden. Door een samenloop van omstandigheden, waarbij het weer een belangrijke rol heeft gespeeld, is de renta biliteit daar op vele bedrijven nu al twee jaar uitgesproken slecht geweest. Een on toereikende voerproduktie, grote extra voerkosten en een aanzienlijk lagere melk- produktie hebben er daar toe geleid dat veel bedrijven in grote moeilijkheden zijn gekomen. De maatregelen van de regering voor het melkprijsjaar 1962/1963 en de interimpe riode november 1963 - april 1964 konden, ook al zouden ze getroffen zijn conform de voorstellen van het Landbouwschap, de fi nanciële positie van deze bedrijven niet zodanig beter maken dat de moeilijkheden zouden zijn overwonnen. Bovendien is ge leidelijk aan duidelijk geworden dat voor een flink deel van deze bedrijven de mo gelijkheden ontbreken om zich aan te pas sen bij de veranderende omstandigheden - bijvoorbeeld het duurder worden van de arbeid - door middel van een dichtere vee bezetting. De voorbije jaren hebben aange toond dat aan zeer dichte veebezetting grote risico's zijn verbonden, die ook niet door een wat hogere melkprijs kunnen wor den opgevangen. In sommige streken, speciaal in bepaalde weidestreken van Zuid-I Iolland, Utrecht en Friesland, blijven groepen boeren aan dringen op regeringsmaatregelen waarvan zij moesten beseffen dat die niet ingewilligd zullen worden, ook al zou de georganiseer de landbouw zich erachter stellen. Zo vraagt men om een toeslag van 300 per hectare of een melkprijs van 35 cent. Met zo'n hoge melkprijs zou ons land, een van de belangrijkste zuivel exporterende lan den, zich boven het niveau van nagenoeg alle andere landen plaatsen, onze deelge noten in de E.E.G. inbegrepen. Zoals we vorige maand reeds opmerk ten, zullen bepaalde veehouderijbedrijven, die nu in grote moeilijkheden verkeren en met liquiditeitsproblemen worstelen, alleen geholpen kunnen worden door middel van voorzieningen, buiten het prijspolitieke 1747

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 29