Voordeel voor kleine effecten De regering heeft tegemoetkomingen inge voerd voor de uitgifte en de verwerving van effecten met lage nominale waarde. De bepalingen hieromtrent zijn met ingang van 14 september van kracht geworden. Zij zijn voornamelijk bedoeld voor kleine spaarders. Voor elke spaarder, klein of groot, is van belang de bepaling, dat kleine coupures van obligaties en van certificaten van aan delen vrij zijn van effectenzegel. Onder kleine coupures worden hier verstaan alle stukken met een nominale waarde van 100 of minder. Aan kopers van deze stukken zal dit zegelrecht, dat voorheen -%%) bedroeg, niet meer in rekening gebracht worden. Grotere stukken blijven aan effectenzegel onderhevig. Met deze ontheffing heeft de regering de bedoeling, een grotere verscheidenheid van kleine coupures te bevorderen. Ook thans bestaan deze al, hijvoorbeeld hij staatsle ningen, maar de regering hoopt dat ook andere instellingen in ruimere mate dan tot nu toe deze stukken zullen gaan uitge- 1664 ven. De kleine spaarder heeft daar belang hij, want hij zal dan eerder in staat zijn om eens wat geld in effecten te steken, zonder dat hij daarmee meteen een grote som kwijt is. Daarnaast zijn er regelingen tot stand ge bracht voor zogenaamde bijzondere beleg gingsinstellingen, dat wil zeggen beleg gingsinstellingen waarvan de aandelen uit sluitend in handen kunnen komen van per sonen wier inkomen de 12.000 per jaar niet te boven gaat. Deze instellingen zullen volledig vrijgesteld worden van vennoot schapsbelasting. Daartegenover zijn zij ver plicht om ten minste 6o°/o van de bruto- opbrengst van hun beleggingen aan hun aandeelhouders uit te keren. Dergelijke beleggingsmaatschappijen be staan thans nog niet. De regeling heeft juist ten doel de oprichting ervan te stimuleren. Om te bereiken, dat dan ook inderdaad de kleine spaarders er van zullen profiteren, bindt zij de werkwijze van die toekomstige instellingen al bij voorbaat aan een hele reeks van verplichtingen. Deze houden on der meer in, dat de aandelen van de onder havige maatschappijen op naam gesteld worden en niet verhandelbaar zijn, alleen verzilverbaar bij de maatschappij zelf. Voldoet de maatschappij aan al deze voor waarden, dan zal zij ook geen registratie recht en zegelrecht hoeven te betalen, even min als beurszegelrecht op de nota's van uitgifte, aankoop en verkoop. Wij wachten met belangstelling af of er veel animo zal zijn voor de oprichting van nieuwe beleggingsinstellingen in het kader van deze regeling - en ook wat de reactie van de spaarders op zulke initiatieven zou

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 18