Geld- en Kapitaalmarkt
De onbezorgde vakantiestemming, die in
de atgelopen twee maanden alom heerste
en zich nu nog steeds enigszins voortzet,
bracht voor de geldmarkt meermalen een
tegengestelde sfeer mee. Dergelijke perio
den brengen namelijk grote geldopvragin-
gen voor vakantie-besteding mee, terwijl
enkele weken later de krapte op de geld
markt plaats maakt voor een uitgesproken
ruimte. Dan vloeien grote stromen geld
via andere kanalen in de kassen van de ban
ken terug. Terwijl men zich eerst dus zor
gen maakt om de krapte, zoekt men even
later vaak tevergeefs naar beleggingsmoge-
lijkheden op korte termijn.
Als we nu in vogelvlucht een blik werpen
op de afgelopen perioden, dan merken we
cp, dat de ultimo van juni, volgens de week
staten, ongeveer 355 miljoen opeiste dooi
de uitbreiding van de bankbiljettenomloop.
Hiervan was per 8 juli slechts circa 120
miljoen teruggekomen. De rest bleef in om
loop, want de volgende weekstaat vertoon
de weer een stijging van de bankbiljetten-
1630
circulatie met 75 miljoen. Zo zien we, dat
voor de juli-ultimo ruim 210 miljoen,
vermeerderd met het niet teruggekeerde
gedeelte van de juni/juli uitzetting ad ruim
230 miljoen, derhalve 440 miljoen aan
de geldmarkt ontnomen werd. Begin au
gustus pas stroomden de bankbiljetten te
rug.
Stallingen rond de juni-ultïmo
Dit feit zou doen denken, dat de geld
markt sinds half juni uiterst krap geweest
moet zijn. Verruimende factoren hielden
de krapte echter vaak tegen.
Tot het einde van de kasreserveperiode die
van 22 mei tot 22 juni liep, was er geen
vuiltje aan de lucht. Voor de volgende pe
riode echter waren de verwachtingen wei
nig optimistisch. Gelukkig werd het kas-
reservepercentage op 3% gehandhaafd.
Voorts kondigde de Nederlandsche Bank
aan, dat zij bereid was om met ingang van
24 juni schatkistpapier aan te kopen met
het gebruikelijke beding van spoedige te
rugverkoop. Hiervoor kwam in aanmerking
het papier vervallende in het tijdvak van
1 augustus 1963 tot en met februari 1964.
liet disconto-percentage werd gesteld op
21/j%). In afwijking van de voorgaande
stallingen, werd de keuze opengelaten tus
sen twee terugkoopdata, te weten 8 juli of
25 juli. De keuze diende wel bij afsluiting
gemaakt te worden.
Op 26 juni sloot de Nederlandsche Bank
deze faciliteit. De stalling beliep in totaal
ruim 170 miljoen, waarvan 50 miljoen
op 8 juli en 120 miljoen op 25 juli zou
moeten worden teruggekocht. De laatste