De nieuwe kasreserveperiode begon dus niet al te gunstig. Eerst op 25 april kreeg de geldmarkt weer een grote injectie, toen het Rijk de uitkeringen aan de Gemeenten deed ter hoogte van circa 450 miljoen. Tot dat tijdstip moest de geldmarkt met lage banksadli hij de Nederlandsche Bank toekomen. En dit juist in de tijd, dat, naast de nieuwe kasereserveperiode, de ultimo- uitzetting van de bankbiljettencirculatie een aanvang nam. Op 19 april maakte de Nederlandsche Bank bekend, dat zij het kasreservepercentage voor de periode van 22 april tot 22 mei op 4% zou handhaven. Een welkom gebaar! Wat de callrente betreft, zagen we op de zelfde datum de officiële prijs oplopen tot 21/<" o. Tegen die prijs kwam echter geen transactie tot stand. Gehandeld werd tegen tarieven tot zelfs 31/4°/o. Twee grote emissies Wederom heeft de Bank voor Nederland sche Gemeenten zich doen gelden met een nieuwe emissie, haar tweede lening van dit jaar. De uitgifte betrof een 4^% obliga tielening, groot 100 miljoen tot de koers van 991/2°/o, met een looptijd van 30 jaar. Deze lening zal worden afgelost in twintig gelijke jaarlijkse termijnen, aanvangende in 1974. De datum van inschrijving was 4 april en de storting hierop vond plaats op 1 mei. Met deze emissie volgde de Bank voor Ne derlandsche Gemeenten het initiatief van de 41/4%> leningen van Eindhoven, Amster dam en de Staat zelve, alle tegen de koers Koerstabel 5-3-1963 '8-4-1963 3!/2% Nederland 1947 93 'Ar, (3,98%) 93 "U (3, SMS»/.) 3 Va% Nederland 1954 91 3/s (4,08%») 9' (4, IJ0/») 3%% Nederland 1953 96 V4 (4,16%) 97 (4,08%) 4% Nederland 1961 98 V4 (4,20%) 98'A (4>[5°/o) 3V2% Nederland 1956 9415Ac (4A3°/o) 95 (4,15%>) 4^2% Nederland 1960 I ioT5/itl (4,28%) IO 2 Vm (4,2 1%) 4l/4% Nederland 1959 100 (4,25%)) IOO!,/lti (4,18%) 3% Ned. Grootboek 1946 92 3/8 (4,03%) 92'Vg (4,04%) 3% Investeringscert. 98 Va (3>57°/o) 99 (3,46%) 3% Nederland 1962-64 99 V« (3,3 i°/o) 99"'/, (313°/°) 1536

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 44