dietverlening gaf aanleiding de aanwezige vertegenwoordigers van aangesloten ban ken te wijzen op de mogelijkheden van de kredietverzekering als aanvullende zeker heidvoor aangesloten banken. Daarbij moet er echter vooralsnog rekening mee gehou den worden, dat met name voor uitleningen huiten land- en tuinbouw de kredietverze kering nog slechts in beperkte mate toe passing kan vinden. Wel zijn reeds stappen ondernomen om daarin verruiming te bren gen. Met name op het stuk van de autofi nanciering wordt naar een handzame op lossing gezocht. De ontwikkeling van de spaaractivitiet in het eerste kwartaal 1963 is uitzonderlijk. Bij alle spaarinstellingen gezamenlijk is in deze periode niet minder dan 470 miljoen meer ingelegd dan terugbetaald. In het eer ste kwartaal 1962 beliep dit totaal/336 mil joen. Dit betekent dus een stijging van rond 40%. De toeneming van de spaargelden bij de aangesloten boerenleenbanken beliep in het eerste kwartaal 1963 ƒ92 miljoen tegen 59 miljoen in dezelfde periode van 1962, hetgeen dus neerkomt op een stijging van rond 55%. In de voorschot- en kredietver lening gedurende het eerste kwartaal 1963 blijkt ten opzichte van 1962 enige kente ring te zijn opgetreden. Daarvoor zijn wel licht wel conjuncturele redenen aan te ge ven, doch afgewacht moet worden in hoe verre de weersomstandigheden een rol heb ben gespeeld. Aandacht werd voorts besteed aan de ver schillende activiteiten in 1962 van de Cen trale Bank en de aangesloten banken, die organisatorisch en technisch tot een goede gang van zaken hebben bijgedragen. Een volgend punt van de agenda was de nieuwe pensioenregeling voor kassiers, die op ver schillende punten een wezenlijke verbete ring inhoudt. De nieuwe pensioenregeling is mede het resultaat van vruchtbaar over leg tussen de Centrale Bank en de Commis sie Kassiersbelangen, waarin vertegenwoor digers van de beheerscolleges van aangeslo ten banken en vertegenwoordigers van de kassiers zitting hebben. Bij aanvaarding op de Algemene Vergadering van het desbe- tret lende voorstel zal deze nieuwe regeling komen te gelden voor alle nieuw te benoe men kassiers. De reeds in de pensioenrege ling 1955 opgenomen kassiers kunnen zelf kiezen of zij al dan niet onder de nieuwe regeling willen komen. Daarover zal nog nader overleg tussen de Centrale Bank en elke aangesloten bank georganiseerd wor den om de financiële consequenties geval voor geval te bespreken. Tenslotte werd nog stilgestaan bij een tweetal punten, die nauw verband houden met de verdere uitbouw van het bedrijf van de boerenleenbanken. Dit betreft de moge lijkheid dat aangesloten banken gaan optre den op het terrein van de assurantie-bemid deling en de mogelijkheid voor aangesloten banken om lid te worden van de Bond voor den Geld- en Effectenhandel, waardoor zij dus in staat zijn zelfstandig effectentrans- acties te doen. Van de gelegenheid om over de verschil lende punten vragen te stellen en van ge dachten te wisselen werd goed gebruik ge maakt. Zonder twijfel zullen de voorjaars bijeenkomsten ertoe leiden, dat de Alge mene Vergadering een vlot verloop zal kunnen hebben. '4^5

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 11