AANTEKENINGEN BIJ DE STATISTISCHE GEGEVENS Winters spaargeld Het ijzige winterweer met alle ongemakken heeft geen kans gezien aan het gunstige spaarklimaat, waarin de boerenleenbanken zich reeds gedurende enige tijd bevinden, enige afbreuk te doen. Het hogedrukgebied is zelfs in de maand januari nog verder uitgebreid. Ondanks de sneeuw en de kou hebben de spaarders zij het met misschien enige moeite hun weg naar de bank gevonden. Het spaaroverschot was in deze maand hoger dan ooit eerder in een maand was voorgekomen. De stortingen beliepen een totaal bedrag van 117 miljoen, waartegenover 83 miljoen werd opgevraagd. Het overschot bedroeg derhalve 34 miljoen. Ook de overige traditionele spaarinstellingen hebben van het gunstige spaarklimaat kunnen profiteren. Zo wel bij de Rijkspostspaarbank als de Algemene spaarbanken werd aanzienlijk meer gespaard dan in de over eenkomstige periode van het vorig jaar. Bij deze instellingen bedroeg het spaarresultaat 37 en 51 mil joen tegen 29 en 44 miljoen in 1962. Bij de boerenleenbanken, aangesloten bij de Centrale Raiffeisen- bank te Utrecht werd 40 miljoen meer ingelegd dan terugbetaald, te vergelijken met 38 miljoen in ja nuari van het vorig jaar. Deze resultaten zijn niet bereikt door een daling van de terugbetalingen, doch door een stijging van de stortingen. Uit de gegevens die tot nu toe gepubliceerd zijn blijkt, dat bij alle spaarinstellingen de stor tingen aanzienlijk hoger waren dan in dezelfde periode van het vorig jaar, terwijl de terugbetalingen een niet noemenswaardige stijging hebben ondergaan. Dit is des te frappanter als men bedenkt, dat juist in deze koude maanden een extra beroep is gedaan op het huishoudbudget in verband met het stookprobleem en de stijging van de kosten van levensonderhoud (denk aan de snccuwcent). Vermoedelijk betekent dit, dat de strenge winter velen ertoe gebracht heeft om voor andere zaken aanzienlijk minder uit te geven. In die richting wijzen ook de klachten van de handel over de geringe animo voor de voorjaarsopruiming en de verminderde belangstelling voor bioscoopbezoek. Ook in februari hebben de Kindhovense boerenleenbanken een opmerkelijk spaarresultaat geboekt. Volgens het seizoenpatroon zou er aanzienlijk minder gespaard moeten worden dan in de voorafgaande maand. De afgelopen maand heeft echter deze seizoenontwikkeling doorbroken. Het spaaroverschot was ongeveer even hoog als in januari. Gedurende deze maand werd er 99 miljoen ingelegd en 66 miljoen terugbe taald, zodat het spaarresultaat f 33 miljoen bedroeg. Volgens de voorlopige gegevens hebben de overige spaarinstellingen eveneens gunstige resultaten geboekt. De R.l'.S. kon een overschot noteren van 50 mil joen terwijl bij de Utrechtse organisatie 43 miljoen meer werd ingelegd dan terugbetaald. Verzamel balans Bij de beoordeling van de financiële positie van de boerenleenbanken, zoals die blijkt uit de hiernaast af gedrukte verzamelbalansen, dient men rekening te houden met de bij te schrijven rente op het einde van het jaar. In de vcrzamelbalans per 31 december is deze nog niet begrepen. Gedurende de maand januari zijn de meeste boerenleenbanken gereed gekomen met de jaarafsluiting, zodat nagenoeg de volledige rente in de balans per 31 januari is opgenomen. Voorzover er nog banken waren, die de bij te schrijven rente nog niet hadden berekend, is deze geschat. 1454

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 32