Het G. B. I. op de te brengen terwille van Denemarken. En even moeilijk zal het voor Engeland zijn aan de Deense verlangens tegemoet te ko men. Engeland staat hierbij tussen ver scheidene vuren: de belangen van zijn eigen landbouw, van zijn Gemenebestlanden, van Denemarken en van andere landen als Ne derland. Nemen we als voorbeeld de boter. Engeland heeft sedert kort de invoer van boter gecontingenteerd op bijna 400.000 ton per jaar. De Denen willen een verho ging van hun contingent, dat nu 93.000 ton bedraagt, met ongeveer 10.000 ton. Zou dit moeten geschieden ten koste van de Britse veehouderij, ten koste van Nieuw-Zeeland en Australië of ten koste van Nederland? Het zou wel vreemd zijn als Engeland het Nederlandse boter-contingent zou verla gen, want Nederland is in de E.E.G. het land dat steeds het krachtigst heeft geijverd voor aansluiting van Engeland bij de E.E.G. en dit nu nog doet. De ervaring met Enge land heeft echter wel geleerd, dat men daar op nog niet geheel gerust kan zijn. Denemarken verkeert momenteel in een kritieke situatie: de binnenlandse koop kracht is zo groot dat het gevaar van in flatie dreigt. De industrie vreest voor zijn concurrentie-positie, wanneer het kosten- peil nog verder omhoog zou gaan door loonsverhogingen. De arbeiders voelen er niets voor een loonstop en de landbouw wil opnieuw op de binnenlandse markt een compensatie, minstens gedeeltelijk, voor de ongunstige prijzen die bij de uitvoer wor den gemaakt. Wanneer men dit alles in het oog houdt, is Denemarken wellicht liet land dat door het optreden van President De Gaullc de zwaarste klappen krijgt. GEZINS-BEGROTINGS-INSTITUUT Huishoudbeurs Op de van 28 februari t/m 10 maart in Amsterdam gehouden 18de Internationale Huishoudbeurs werd voor de tweede keer een adviescentrum voor de huisvrouw in gericht. Evenals de eerste keer was ook nu het Gezins-Begrotings-Instituut in dit cen trum vertegenwoordigd. Tot de andere deelnemende instanties behoorden onder andere de Commissie voor Huishoudelijke en Gezinsvoorlichting, het Landelijk Voor lichtingscentrum voor Ouders en Opvoe ders, de Nederlandse Huishoudraad en het Voorlichtingsbureau voor de Voeding. Het G.B.I. bepaalde zich tot het geven van inlichtingen omtrent zijn werk, zoals de lezingen en cursussen voor groepen, de in dividuele schriftelijke adviezen en de uit gave van brochures, het huishoudkasboek en dergelijke. Ook nu werden weer vele waardevolle contacten gelegd en kon het (ï.B.I. grotere bekendheid verwerven. 145?

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 31