Geld- en Kapitaalmarkt
Zonnige geldmarkt in januari
Als de geldmarkt gelijke tred gehouden had
met de benarde weersomstandigheden van
laatste weken, dan zou het er somber uit
gezien hebben. Gelukkig behoeft er tussen
geldmarkt en weersomstandigheden geen
oorzakelijk verband gezocht te worden.
Voor wat de geldmarkt betreft kunnen wij
terugzien op zonnig weer.
Bij de aanvang van de kasreserveperiode
van 22 januari tot en met 21 februari start
ten de banken met een saldo bij de Neder-
landsche Bank van ƒ371 miljoen. Dit was
slechts weinig beneden de aan te houden
kasreserve, waarvan het percentage voor
die periode was verhoogd van 4% naar
5°/o. Dit komt namelijk neer op ongeveer
385 miljoen.
Bij de start was de positie dus nagenoeg in
evenwicht. Per 25 januari werden de geld
marktmiddelen echter zwaar versterkt met
circa 425 miljoen aan uitkeringen door
het Rijk verstrekt aan de Gemeenten. Op
dezelfde datum kwam de toewijzing op de
tenderinschrijving. Deze toewijzing door
de Agent van het Ministerie van Financiën
beliep in totaal 98 miljoen en wel: 4 mil
joen drie-maandspromessen met een toe
wijzingsdisconto van 1 5/8%, 42 miljoen
acht-maandspromcssen a 1 7/8% en 52
miljoen jaars-promessen a 2%. De beta
ling hiervan moest geschieden op 28 janua
ri. Deze „verkrappingsfactor" was echter,
gezien de hierboven gememoreerde kwar
taalsuitkeringen door het Rijk, geenszins
een obstakel.
Op 28 januari kondigde de Agent weer een
toonbankafgifte aan van oktoberpapier bij
een disconto van 1 7/8%, alsmede van drie-
en vijf-jaarsbiljetten tegen onveranderde
renten van 27/8 en 3 1/4%. Drie dagen
later werd de afgifte van het acht-maands-
papier weer gestaakt, hoogstwaarschijnlijk
in verband met de aangekondigde Staats-
emissie.
Volgens de weekstaat per 28 januari was
het tegoed van de banken bij de Nedcr-
landsche Bank per saldo gestegen tot 676
miljoen. Het Rijk daarentegen zag zijn mid
delen per die datum tot een minimum slin
ken. Het scheelde niet veel of het Rijk had
bij de Nederlandsche Bank om een krediet
moeten aankloppen. Dank zij de verkoop
van schatkistpapier echter kon het Rijk
zichzelf nog bedruipen. Per saldo vertoon
de de rekening van de schatkist nog het
schamele tegoed van 110 miljoen.
Een week later kwam de rekening van het
Rijk op de weekstaat voor met een tegoed
van 410 miljoen. Deze aanwas van de
rijksmiddelen was onder meer te danken
aan de verkoop van papier voor circa 54
1445
