Zeeland verrijkt met een Waarborginstituut In 1959 werd door Gedeputeerde Staten van Zeeland een studiecommissie ingesteld om na te gaan of er behoefte bestond aan een Waarborginstituut voor de tuinbouw in deze provincie. Medio 1960 bracht deze commissie haar verslag uit. Zij kwam tot de conclusie dat het wenselijk en zelfs nodig was om tot oprichting van een Stichting Waarborginstituut voor de tuinbouw in Zeeland over te gaan. Na een nogal lange voorbereiding kon in december 1962 de Stichting in het leven worden geroepen. Dit is voor Zeeland een aangename gebeur tenis. De omzet in tuinbouwprodukten be draagt hier ongeveer 50 miljoen per jaar. Daar komt bij dat er nogal wat mogelijk heden voor uitbreiding aanwezig zijn. Vooral in Walcheren is dit het geval. De hoge investeringen kunnen door de tuin der zelf niet meer worden opgebracht, zo dat financiering met vreemde middelen ook in de Zeeuwse tuinbouw steeds be langrijker wordt. liet pas opgerichte Waar borginstituut kan nu in deze moeilijkheden de helpende hand bieden. Wel zal men nog even geduld moeten heb ben met het gebruik maken van de aktivi- teiten van de Stichting, omdat de garan tieverklaringen van de verschillende ge meenteraden nog niet binnen zijn. Zoals ook bij andere Waarborginstituten het geval is, zullen de provincie, de veiling en de desbetreffende gemeente ieder een deel van het risico voor mogelijke verliezen voor hun rekening nemen. Is ook dit pro bleem opgelost, dan zal de ontwikkeling van de tuinbouw in Zeeland ongetwijfeld nog meer dan voorheen worden gestimu leerd en als gevolg hiervan zal het Waar borginstituut zijn reden van bestaan ruim schoots kunnen bewijzen ten voordele van de Zeeuwse tuinders. '433

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1963 | | pagina 11