wanneer men voor hetzelfde bedrag bij de
boerenleenbank een voorschot neemt met
jaarlijkse aflossingen, ook al is de rentevoet
voor een hypotheek met levensverzekering
in de regel iets lager dan de rentevoet bij de
boerenleenbank.
Voor een 30-jarige lening ad 30.000 moet
aan de verzekeringsmaatschappij tegen een
rentevoet van 4V2V0 in totaal 40.500 rente
worden betaald. Indien eenzelfde voorschot
met een jaarlijkse aflossing van 1.000 door
de boerenleenbank wordt verstrekt, be
draagt de totale rentelast 23.250 als de
rentevoet 5% is.
Het verschil ad 17.250 mag niet geheel als
extra last worden aangemerkt.
In de eerste plaats staat hiertegenover de
rente, die in de gemengde verzekering
wordt gekweekt over het gedeelte van de
jaarpremies, dat als kapitaalstorting wordt
aangemerkt. liet verschil zou nihil worden
als de rente, die op deze kapitaalstorting
wordt vergoed, gelijk zou zijn aan de hypo
theekrente. Dit is echter niet het geval.
In de tweede plaats mag hij de beoordeling
van het renteverschil in aanmerking wor
den genomen, dat de rentelast aftrekbaar is
bij de bepaling van het belastbaar inkomen
voor de inkomstenbelasting, hetgeen be
langrijker is naarmate het inkomen hoger is.
Daartegenover staat wel weer, dat ook de
uitkering op de polis voor een gedeelte on
der het belastbaar inkomen kan vallen, zij
het tegen een bijzonder tarief.
Mogelijkheden bij
de Boeren- en Tuinderslevensverzekering
De hiervoor geschetste combinatie omvat
in feite drie elementen:
a een hypothecaire lening;
b kapitaalvorming in de verzekeringspolis;
c dekking van het overlijdensrisico.
Deze combinatie kan bij vrijwel elke verze
keringsmaatschappij - ook bij de B.T.L. -
worden verkregen, zolang het om een be
perkt percentage van de geschatte waarde
van het onderpand gaat.
liet is echter verzekeringstechnisch ook
mogelijk dat men zich uitsluitend tegen
vroegtijdig overlijden verzekert, waarbij de
verzekeringsmaatschappij dus alleen in ge
val van overlijden een bepaalde som uit
keert. Gaat men zo'n verzekering aan, naast
een bij de boerenleenbank verkregen hypo
thecaire lening, dan bereikt men hetzelfde
als hij de combinatie hypotheek-levensver
zekering, indien de uitkering van de over-
lijdensrisicoverzckering van jaar tot jaar
vermindert met hetzelfde bedrag als op de
hypotheekschuld wordt afgelost.
De B.T.L. heeft reeds geruime tijd geleden
in deze geest een verzekeringsvorm ont
worpen, die in hoofdzaak het overlijdens
risico dekt, doch daarnaast ook nog tot een
naar verhouding beperkt bedrag een kapi
taaluitkering bevat. Deze verzekeringsvorm
wordt aangeduid als het tarief GT3.
De GT3 is een combinatie van de volgende
twee verzekeringen:
a. Een verzekering van een dalende uitke
ring bij overlijden; de bij overlijden uit te
keren som wordt na elk vol jaar, dat de
polis heeft bestaan, met een bepaald bedrag
verminderd. Deze daling kan bijvoorbeeld
worden vastgesteld op het bedrag dat jaar
lijks op een hypothecaire lening moet wor
den afgelost (tarief T3).
397