den deze kredieten vooralsnog niet in de
verzekering opgenomen. Hetzelfde geldt
voor seizoensvoorschotten. Kredieten in lo
pende rekening en seizoensvoorschotten
kunnen derhalve op de oude voet worden
verstrekt, mits het krediet of voorschot
wordt beperkt tot ten hoogste 50% (bij
glasopstanden tot 2/3) van de taxatiewaarde
van de tot zekerheid overgedragen zaak.
Enige malen hebben boerenleenbanken de
vraag gesteld, of het mogelijk is een kre
dietverzekering te sluiten voor voorschot
ten of kredieten buiten land- en tuinbouw,
indien deze voorschotten of kredieten uit
sluitend worden gedekt door juridisch on
volwaardige zekerheid. Buiten land- en
tuinbouw valt daarbij in het bijzonder te
denken aan financiering tegen cessie van
boekvorderingen of overdracht van inven
taris, voorraden of wagenpark.
Deze vraag moet echter ontkennend wor
den beantwoord. Uit een oogpunt van be
leid van de L.K.E. is inventarisfinanciering
buiten land- en tuinbouw, zoals financie
ring van auto's en inventarisstukken, uit
sluitend tegen kredietverzekering niet aan
vaardbaar, tenzij tarieven zouden worden
gevoerd, die niet passen in het voorgeno
men beleid van de L.K.E. Deze zou zich
daardoor gaan bewegen op een terrein,
waar de verhoudingen geheel anders liggen
dan in het algemeen binnen de werkings
sfeer van cfe boerenleenbanken het geval is.
Een uitzondering is slechts gemaakt voor
financieringen tegen juridisch onvolwaar
dige zekerheid buiten land- en tuinbouw,
indien aanvullende borgtocht wordt gesteld
en mits de financiering blijft binnen de wer
kingssfeer van de boerenleenbank.
Kredietenuitsluitend gedekt
door kr e die tv e rz e k erin g
Het in verzekering nemen van uitsluitend
door kredietverzekering gedekte voor
schotten en kredieten zou eigenlijk het
sluitstuk moeten vormen van het gehele
kredietverzekeringsprogram. Reeds thans
is echter voor een bepaalde categorie van
blanco kredieten de mogelijkheid geopend
om deze onder de kredietverzekering te
brengen.
Voor deze faciliteit komen uitsluitend cli
ënten van de boerenleenbanken in aanmer
king, die in beginsel eveneens in aanmer
king zouden komen voor een krediet als
bedoeld in artikel 49, lid 2, van de statuten
van de boerenleenbanken. Dat wil dus on
der meer zeggen, dat de kredietnemer het
landbouwbedrijf moet uitoefenen. Boven
dien wordt aan de kredietnemer de eis ge
steld, dat hij over een regelmatig gevoerde
boekhouding beschikt. Na het tot stand
komen van de wijziging van de statuten van
de boerenleenbanken zal deze eis gesteld
worden aan allen, die in aanmerking willen
komen voor een krediet als bedoeld in ar
tikel 49, lid 2, der statuten.
Het uitsluitend door kredietverzekering
gedekte krediet is voorshands beperkt tot
f 5.000. Dit krediet kan niet genoten wor
den naast een krediet als bedoeld in artikel
49, lid 2, doch in de plaats daarvan. Heeft
dus iemand, die in beginsel in aanmerking
zou komen voor een krediet in lopende re
kening volgens artikel 49, lid 2, der statuten
aan een dergelijk krediet niet voldoende,
dan kan hij in aanmerking komen voor het
hierboven besproken krediet tot ten hoog-
1254
