waarde moeten bepalen. Om voldoende cijfers ter beschikking te kunnen krijgen zal het noodzakelijk zijn enkele jaren vóór de overneming een bedrijfseconomische boekhouding te voeren. Alleen uit een der gelijke boekhouding zijn de benodigde cij fers te putten. Aan de hand van een voorbeeld willen we duidelijk maken wat het bovenstaande in houdt en hoe de bedrijfswaarde kan wor den vastgesteld. Een vakbekwame jonge boer wil een be drijf van i 2 ha overnemen, waarvan 7,20 ha grasland en 4,80 ha bouwland, waarop 30% hakvruchten en 70%» granen. Doordat er stoppelknollen verbouwd worden, is de op pervlakte grasland plus voedergewassen 8,20 ha. De veestapel bestaat uit ongeveer r 2 melkkoeien met bijbehorend jongvee, hetgeen een aantal melkkoeien per ha gras land en voedergewassen betekent van 1,45. Dit is dus een goede veebezetting. De opbrengsten evenals de kosten in de be rekening zijn alle zo reëel mogelijk ge houden en zijn afgeleid uit de bedrijfseco nomische boekhouding van goed geleide bedrijven. De verdere berekening is enigs zins eenvoudig gehouden en gebaseerd op de saldo-methode. De opbrengst in guldens per ha van het bo ven vermelde bouwplan is te stellen op 1.200. De direkte kosten (o.a. loonwerk, bemesting e.d.) bedragen 450. Het saldo terzake van marktbare gewassen is dus 750 per ha. Wat is nu de opbrengst van het grasland en ci'e voedergewassen? Een melkopbrengst van 4.100 kg per koe met een gemiddelde op- brengstprijs van 25 cent geeft 1.025. Door verschil in aan- en verkopen en verschil in balanswaarde ontstaat de omzet en aanwas. Deze is te stellen op 425. Totaal dus 1.450. Voor het rundvee is aan veevoer plus overige direkte kosten te rekenen 500, zodat een saldo per koe resulteert van 950. Per ha grasland en voedergewassen zijn er 1,45 melkkoeien en het saldo per ha is dus 950 x 1,45 1.380 Verdere kosten voor bemesting, loonwerk enz. zijn 390 Het saldo per ha grasland en voe dergewassen bedraagt dus 990 Het totale saldo van de grond wordt dan 4,3 ha marktbare gewassen x 750 3.225 8,2 ha grasland en voederge wassen x 990 8.120 1 '-345 Bij de tot nu toe uitgevoerde berekeningen is nog alleen rekening gehouden met de di- rekt aan bouwland en grasland toereken bare kosten. Er zijn daarnaast nog andere kosten, die in rekening moeten worden ge bracht, om het netto-rendement van de grond te kunnen berekenen. Deze zijn de volgende: Kosten van werktuigen 125 per ha) 1.500 Kosten van paard 350 Algemene kosten (boekhouding, contributies e.d.) 650 Arbeidsvergoeding voor 1 ar beidskracht 6.300 Totale indirekte kosten 8.800 1203

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1962 | | pagina 13