bijvoorbeeld, die eind juni gedaald was tot ongeveer 95%, noteerde een maand later weer boven de 96%, terwijl medio augustus de koers reeds gestegen was tot bijna 97V2V0. Het is misschien nog te vroeg om te zeggen of een keer in de ontwikkeling van de rente voet is gekomen, nu wij een korte periode van een vaste obligatiemarkt achter de rug hebben. Wellicht moet aan enkele inciden tele factoren worden gedacht zoals aan de belangstelling van het buitenland, met na me van Zwitserland, alsmede aan de on aantrekkelijkheid van de geldmarkt voor de belegger. Hoewel de kapitaalmarkt door geheel andere omstandigheden wordt beheerst als de geldmarkt zijn er toch grensgebieden waar deze markten elkaar wederzij ds beïn vloeden Koerstabel Z2-7- 1962 9-^-/962 31/2% Nederland 1947 8874 (4.34"/o) 8974 (4.27V0) 3^4% Nederland 1954 8 73/4 (4'5°°/°) 88"/, (4,44°/o) 33/4% Nederland 1953 92'U (4.51°/») 93'7 (4,45%) 4% Nederland 1961 96V0 (4.43°/®) 97'/. (4,28»/.]) 3%% Nederland 1956 917/s (4.5l0/®) 92 7, <4.45"/®) 4V2ÏÏ Nederland 1960 I ioo78 (4,48»/.) ioo15/ (4,38"/») 4^4% Nederland 1959 98'/. (4,47%) 99 V, (4.32'1/») 3% Ned. Grootboek 1946 897, (4.4770) 90"/, (4.39°/®) 3% Investeringscert. 98 7„ (3,«7°/») 98'"/ (3.55°/®) 3% Nederland 1962-64 99'A (3,22%) 997, (3.1 2®/n) i 188

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1962 | | pagina 30