gen van het boerenleenbankwezen.
De heer Delhougne sprak zijn hartelijke
dank uit aan het adres van de burgemeester
voor diens komst, voor zijn waarderende
woorden en voor de prettige wijze waarop
het Bestuur van de Centrale Bank steeds
met de gemeente Eindhoven heeft kunnen
samenwerken. De voorzitter van de verga
dering sloot zich bij deze woorden van de
heer Delhougne aan en schorste vervolgens
de vergadering om de serveersters gelegen
heid te geven broodjes en koffie aan de deel
nemers uit te reiken.
Na de hervatting van de vergadering maak
te de voorzitter bekend dat de heer Del
hougne herkozen was als lid van het Be
stuur van de Landbouwkredietverzekering
„Eindhoven" en dat de heren de Kok en
Hettinga waren herkozen als lid van de
Raad van Commissarissen. Vervolgens kon
de vergadering van de Landbouwkrediet
verzekering „Eindhoven" worden gesloten
en kon, na goedkeuring van de jaarstukken
van de Centrale Bank, het belangrijke punt
van de reorganisatie aan de orde worden
gesteld. Van de gelegenheid tot toelichting
bij de jaarstukken maakte de heer Delhoug
ne gebruik om de beide aftredende leden
van de Raad van Toezicht van de Centrale
Bank, de heren van Kampen en Thijssen,
zijn waardering en erkentelijkheid te betui
gen voor de wijze waarop zij, ieder met zijn
speciale deskundigheid, gedurende meer
dan tien jaren hun persoon en kundigheid
hadden ingezet voor de belangen van de
Centrale Bank en de landbouw in het al
gemeen.
De voorzitter begon de behandeling van de
reorganisatievoorstellen met een algemene
toelichting, waarin hij de nadruk legde op
de algemeenheid van de voorstellen. Deze
voorstellen zijn immers niet bedoeld tot
vaststelling van statuten en reglementen
van bepaalde individuele boerenleenban
ken, doch als algemene richtlijn en alge
meen kader waarop uitzonderingen moge
lijk zijn naar gelang van de specifieke be
hoeften van de plaatselijke banken. Verwij
zend naar de voorgeschiedenis van de voor
stellen, te beginnen met het objectieve rap
port van de Commissie Landbouwkrediet
haalde hij de woorden aan, die de oud-Pre
sident van de Raad van Toezicht, de heer
Mr. P. W. H. Truyen, had gesproken bij
Geef ons ook beden
ons dagelijks brood
1044