De bedrijfsresultaten
van de Centrale Bank
in 1961
Het jaar 1961 kan als een gunstig jaar voor
de Centrale Bank bestempeld worden. De
grondslag hiervoor werd gevormd door de
uitbreiding van het werkkapitaal van de
Centrale Bank tengevolge van een verdere
toeneming van de tegoeden der boeren
leenbanken bij de Centrale Bank. De cij-
iers omtrent deze tegoeden vindt men in
tabel 1.
Uit deze opstelling blijkt een stijging van
118 miljoen, welk bedrag voor rond
28,3 miljoen veroorzaakt is door bijge
schreven rente. De bijgeschreven rente be
liep in 1960 25,1 miljoen. De rentever
goeding aan boerenleenbanken was in 1961
niet alleen in absolute bedragen hoger dan
in 1960, doch ook in percentages. De stij
ging bedroeg rond 1/4%. Dat de netto
rentebaten van de Centrale Bank ondanks
deze hogere rentevergoeding konden stij
gen van 8,7 miljoen in 1960 tot 10,1
miljoen in 1961 mag bijzonder gunstig
worden genoemd.
914
Tegenover de toeneming van de renteba
ten staat echter ook een stijging van de
bedrijfskosten. Deze stegen van 3.405.000
in 1960 tot 3.832.000 in 1961. De kosten
stijging ad 427.000 bleef echter verre be
neden de stijging van de rentebaten ad
1.438.000.
De provisiebaten waren in 1961 lager dan
in 1960 en wel rond 42.000 (1960
973.000 en 1961 931.000). Deze daling
vindt vooreerst zijn oorzaak in de ge
ringe emissieactiviteiten op de terreinen
waarbinnen de Centrale Bank aan deze
activiteiten deelneemt en voorts in het
feit dat in 1961 verschillende maatregelen
genomen zijn waardoor een deel van de
provisie van de Centrale Bank is overge
heveld naar de boerenleenbanken. Te den
ken valt hierbij aan de verzilveringsprovi-
sie van coupons en de kortingen bij aan
koop van kantoormateriaal.
In de resultatenrekening van de Centrale
Bank komt niet tot uiting de winst welke
behaald werd met de verkoop van rente-
spaarbrieven-1952. Deze winst, die na af
trek van de daarover verschuldigde ven
nootschapsbelasting 1.664.000 beliep, is
rechtstreeks ten gunste van de effectenre
serve gebracht.
De bedrijfsresultaten van de Centrale Bank
komen duidelijk naar voren uit de opstel
ling van tabel 2.
Na de winstverdeling 1961 zal de reserve
positie van de Centrale Bank in vergelij
king met deze positie per einde 1960 zijn
als aangegeven in tabel 3.