B-1 vi
j~jjj^j
met de uitvoeringkosten. Bij een dergelijk
uitgangspunt kan het op peil blijven van het
fondskapitaal zeer waarschijnlijk worden
geacht. Op basis van de gegevens over
1960 zou het jaarlijks te verlenen bedrag
volgens deze becijfering f. 28 miljoen mo
gen bedragen. Indien nog kan worden aan
genomen dat gemiddeld de overeengeko
men looptijd van de gegarandeerde voor
schotten 12 jaar is, zouden de garantie
verplichtingen per saldo circa f. 180 mil
joen mogen bedragen. Dit saldo komt
overeen met ruim het vijfvoud van het
fondskapitaal.
Gezien de afgegeven garanties in de laatste
jaren is een ontwikkeling naar f. 30 mil-
Dit plaatje troffen wij aan
1 de VolkskrantHet leek ons te mooi
om het onze lezers te onthouden
joen per jaar zeer waarschijnlijk. Het sal
do der verplichtingen zou dan na verloop
van enige tijd het zesvoud van het fonds
kapitaal gaan benaderen. Het is duidelijk
dat beslissingen ten aanzien van de toelaat
bare vermenigvuldigingsfactor van zeer
groot belang zijn. Evenzeer is het duidelijk
dat het vermogen van het Borgstellings
fonds een knelpunt zal worden om garan
ties te blijven geven voor alle verantwoor
de financieringen waarvoor in het bedrijf
zelf onvoldoende zekerheid kan worden
gevonden. Het is daarom ook gelukkig dat
bij de beide boerenleenbankorganisaties
kredietverzekering in toenemende mate
mogelijk zal worden. Bij de nog lopende
besprekingen tussen het landbouwkrediet-
wezen en het Borgstellingsfonds over het
toelaatbare saldo der garantieverplichtin
gen zal de noodzakelijke samenwerking
tevens aan de orde moeten komen.
Besluit
Het is verheugend dat het voor de Neder
landse land- en tuinbouw zo waardevolle
werk van het Borgstellingsfonds middels
de uitvoerig gedocumenteerde jaarversla
gen bekend kan worden gemaakt. Enkele
aspecten in het jaarverslag gaven ons aan
leiding tot dit commentaar, dat echter al
lerminst als kritiek of als waarschuwing
is bedoeld. Wij vertrouwen dat de belang
stelling voor het Fonds hij boeren en tuin
ders nog sterk zal toenemen en dat het
door het landbouwkredietwezen en het
Fonds gezamenlijk te voeren beleid zal
kunnen steunen op een grote mate van be
grip bij alle betrokkenen.
