vennootschapsbelasting die begin 1963 zou ingaan te halveren. De opbrengst van deze maatregelen is in de bijgevoegde tabel reeds meegeteld. Tegenover deze belastingverhogingen staan echter verlagingen waarmee per sal do een aanzienlijk hoger bedrag zal zijn gemoeid. Dat betreft ten eerste de reeds een jaar geleden aanhangig gemaakte al gemene verlaging van de loon- en inkom stenbelasting, en ten tweede de tegemoet koming aan de werkende gehuwde vrouw. Die algemene verlaging zal voor de schat kist een derving van middelen meebrengen van ongeveer 500 miljoen, of rond io% van de opbrengst van de betrokken be lasting. Men kan daarom zeggen, dat deze belastingverlaging globaal 20 zal be dragen, al loopt het percentage ook sterk uiteen tussen de inkomensgroepen. De laagste inkomensgroepen krijgen percen tueel de grootste vermindering. Enkele voorbeelden voor gehuwden met twee kinderen: op inkomens van 6.000 per jaar wordt de belasting verminderd met 111 (of 29 op inkomens van 9000 zal 180 (19 minder betaald hoeven te worden; inkomenstrekkers van 12.000 zullen voor 264 (15 minder worden aangeslagen. Dit alles zal pas volledig doorgang vinden in 1963; voor 1962 zul len we ons nog met de helft tevreden moeten stellen. De regering wenst de ver laging pas te laten ingaan op 1 juli 1962, omdat zij vreest dat anders de bestedingen meer zouden toenemen dan bet land zich kan permitteren. De tweede verlaging be treft een zekere tegemoetkoming aan de Vermoedelijke Begroting uitkomsten 1961 1962 Gewone Dienst: (in miljoenen guldens) Uitgaven 9.041 9.087 Middelen 9-634 10.520 Saldo 593 t-433 Buitengewone Dienst: Uitgaven 2.647 2-°73 Middelen 507 365 Saldo —2.140 —1.708 Gehele Diëtist: Uitgaven 11.688 11.160 Middelen 10.141 10.885 Tekort 1.547 275 werkende gehuwde vrouw. De Miljoe nennota vermeldt dat de regering zich voor stelt, zo mogelijk met ingang van 1 januari 1962 een regeling op dit punt te treffen, die de schatkist per jaar rond 50,— miljoen zou kosten. Ofschoon de belastingbetaler er met die combinatie van maatregelen dus per saldo op vooruit zal gaan, heeft deze begroting in de meeste kringen enige teleurstelling gewekt, omdat het de Minister niet gelukt is de stijging van de uitgaven tegen te houden. Dat blijkt niet uit bijgaande tabel. Schrapt men echter voor beide jaren Een wetsontwerp dienaangaande is inmiddels in gediend. Het zal in een volgend nummer worden besproken. 763

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1961 | | pagina 7