Boerenleenbankpraktijk Het uitvoeren van opdrachten tot b elast in gb et al ing belastingen die in termijnen maanden) invorderbaar zijn, te weten inkomsten belasting, vermogensbelasting, vennoot schapsbelasting, grondbelasting, en perso nele belasting. Is de aanslag invorderbaar in: vijf termijnen, dan vindt de vervolging plaats na de tweede en na de laatste ter mijn; zes of zeven termijnen, dan vindt de ver volging plaats na de derde en de laatste termijn; acht of negen termijnen, dan vindt de ver volging plaats na de vierde en de laatste termijn; tien of elf termijnen, dan vindt de vervol ging plaats na de vijfde en de laatste ter mijn. In het juni-nummer van de Maandelijkse Mededelingen werd onder „Boerenleen bankpraktijk" een artikel opgenomen over het uitvoeren van opdrachten tot belas tingbetaling. Hierbij werd de interne re geling weergegeven, welke de Ontvangers bij de invordering van 's Rijks directe be lastingen hanteren. Van een Boerenleenbank ontvingen wij bericht dat, hoewel zij de aanslagen vol gens het in ons juni-nummer vermelde systeem voldeed, niettemin aanmaningen voor deze aanslagen werden ontvangen. Naar aanleiding hiervan hebben wij ons opnieuw met de fiscus in verbinding ge steld. Hierbij is komen vast te staan, dat de regeling, weergegeven in ons juni-num mer, inmiddels door een nieuwe interne regeling is vervangen. Deze nieuwe ge dragslijn ten aanzien van de invordering geldt voor aanslagen in 's Rijks directe 784 Volgens deze nieuwe regeling wordt geen zogenaamde tussenvervolging meer inge steld. Is bijvoorbeeld een aanslagbiljet in komstenbelasting 1961 gedagtekend in maart 1961, dan is de aanslag invorder baar in negen evenredige termijnen, waar van de eerste vervalt einde april 1961. Voldoet men vóór augustus 1961 vier evenredige termijnen, dan kan met de be taling van het restant van de aanslag wor den gewacht tot eind december 1961. Bij het vorenstaande moeten wij opmer ken dat de genoemde regeling een interne aanwijzing is voor de Ontvanger van 's Rijks belastingen. De Ontvanger blijft echter bevoegd van deze regeling af te wijken. Naar wij vernemen, mag worden verwacht dat, indien bij de voldoening van aanslagen bovenaangehaalde regeling wordt gehanteerd, vervolgingskosten ach terwege zullen blijven.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1961 | | pagina 28