ningen" die de persoon waaronder het be
slag is gelegd van de debiteur onder zijn
berusting heeft. Volgens de geldende juris
prudentie kan echter een „gewoon" schul
denaar, zoals de Bank, niet worden be
schouwd als ten behoeve van zijn schuld
eiser „penningen" onder zich te hebben.
Ken dergelijke vereenvoudigde procedure
kenden ook de wetten betreffende de Ver-
mogensaanwasbelasting en de Vermogens-
heffing ineens. Bij sommige ontvangers be
staat de neiging hieruit de conclusie te
trekken, dat bij eenvoudige „Vordering"
nu ook voldoening van alle andere belas
tingen zoals Inkomstenbelasting, Vermo
gensbelasting etc. kan worden gevorderd
van de debiteur van de belastingschuldige.
Deze conclusie is zonder meer onjuist.
Mocht dan ook een dergelijke „Vorde
ring" aan de Bank worden betekend, dan
moet men haar onmiddellijk doorzenden
naar de Centrale Bank, die contact daar
over opneemt met de betrokken ontvanger.
Conservatoir beslag
Ken tweede vorm van beslag is het z.g.
conservatoir beslag. Dit is een middel om
zijn rechten veilig te stellen, waarvan ge
bruik kan worden gemaakt door iedere
schuldeiser, die in het bezit is van een
schriftelijk stuk waaruit de schuldplich
tigheid van de debiteur blijkt. Ontbreekt
zulk een stuk dan behoeft de schuldeiser
voor de beslaglegging de machtiging van
de president van de Rechtbank.
Nadat het beslag door de rechter is van
waarde verklaard, is de verdere gang van
zaken gelijk aan hetgeen dienaangaande
voor executoriaal beslag is bepaald. Dit
betekent, dat dan voor de beslagleggende
partij de tijd gekomen is om degene onder
wie het beslag is gelegd tot het doen van
verklaring te laten dagvaarden.
Ook indien onder de Boerenleenbank of
onder hare Stichting Spaarbank conserva
toir beslag wordt gelegd, moet het saldo
tegoed van de persoon te wiens laste het
beslag is gelegd, terstond worden geblok
keerd. Hetzelfde geldt met betrekking tot
de eventueel alsnog te zijnen gunste bin
nenkomende gelden. Hierbij geldt even
eens, dat deze blokkering moet blijven
voortduren totdat de Bank door de recht
bank tot afgifte zal zijn veroordeeld, in
dien tenminste het beslag voordien niet
een einde heeft genomen b.v. doordat de
cliënt de vordering van de beslagleggende
partij alsnog in der minne voldoet ofwel
ingeval de eis tot van waardeverklaring
door de rechtbank wordt afgewezen.
Het is zonder meer duidelijk, dat een con-
servatoire beslaglegging, die eerst nog dooi
de rechtbank moet worden van waarde
verklaard, heel wat langer kan duren dan
een executoriaal beslag, waaraan geen van
waardeverklaring te pas kojmt. Speciaal
geldt dit wanneer, hetgeen helaas nogal
eens voorkomt, de ene echtgenoot ter in
leiding van een vordering tot echtschei
ding dan wel tot scheiding van tafel en bed,
conservatoir beslag Iaat leggen op de spaar-
of rekeningcourantgeldcn van de andere
echtgenoot, om te voorkomen, dat laatst
genoemde hangende de procedure de ge
meenschapsgoederen ten eigen nutte zou
gaan aanwenden. De schaduwzijde daar
van is echter, dat het met de bedrijfsfinan-
666