het vooruitzicht dat er binnen drie maan den nog voor ruim 300 miljoen aan soort gelijke buitenlandse guldensleningen aan de markt zullen komen (behalve het Konink rijk België noemt men onder meer nog als gegadigden de Kolen- en Staalgemeen schap en de Internationale Investerings bank;), kwam de obligatiemarkt onder een druk te staan, die voor verschillende lenin gen tot reële koersdalingen leidde. Deze verliezen werden echter weer voor een aanzienlijk deel goedgemaakt toen bleek hoe groot de belangstelling voor de Wereldbanklening wel was. Zoals dat in 1959 en 1960 herhaaldelijk voorkwam hij leningen ten laste van de Bank voor Ne- derlandsche Gemeenten was ditmaal de toewijzing op de Wereld 1anldening mini maal. Op de aandelenmarkt was de ontwikkeling niet bepaald regelmatig te noemen. Ter wijl over de gehele maand mei gezien de koersen voor de handel-, industrie- en bankwaarden verder stegen, trad enige da- Koerstabel 3 '/_.°/o Nederland 1947 3'/.,0 0 Nederland 1954 3 Y'. 0 Nederland 1953 4' 0 Nederland 1959 31/._.°/'o Nederland 1956 4'Nederland 1959 3% Grootboek 1946 3°/o Investeringscert. 3°/o Nederland 1962-64 ling in voor scheepvaart en K.L.M. en wel een heel forse daling voor de internationa le fondsen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek becijferde voor de periode van ultimo april tot ultimo mei de beurswaar dedaling van de aandelen der 5 internatio nale concerns op ruim 1 milliard. Het is duidelijk, dat de verkrapping van de winst marges aan deze koersdaling ten grondslag ligt. Philips liet dit wel het duidelijkst blij ken in het overzicht van de resultaten van het eerste kwartaal van dit jaar. Ondanks een aanhouden van de hoogconjunctuur kan men niet zeggen dat deze ontwikkeling naar lagere winsten onverwacht komt: ter wijl de prijzen mede onder invloed van de gevolgen van de revaluatie enige neiging tot dalen vertonen, moet het voor vele be drijven moeilijk zijn de voortgaande kos tenstijgingen op te vangen juist nu omzet- vergroting in een zeer krappe arbeidsmarkt en met een verkorte arbeidsweek alleen mogelijk is met nieuwe investeringen en dus nieuwe I inancieringen. 4-5- 796/ 7-6-/96/ 94" V, (3,85%) 95''v. (3,82 7,,) 94' (3.790/0> 93 '7 (3.S9"'») 995/ (3,82°/») 99'!A (3,81"/») 103 7 (4,16%)) io3 (4.2t" 9?' 1 (3,77"/») 967, 3,90%)) 102" 10 3,96°/0) ioi7s (4,04" 0) 95' (3 95 (3,62"/») IOO1/ (3,00%) 99'7 k. (3,04"/») ioo'. (2,87%) iooVi.i (2,93" 662

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1961 | | pagina 26