dat men de bedrijfsvoering en de levens wijze aanpast; de opvattingen die van bui tenaf in het dorp zijn gebracht zullen ge leidelijk het invoeren van vernieuwingen eerder versnellen dan tegenhouden. De landbouw in de nationale economie en het landbouwbeleid De arbeidsproduktiviteit steeg op zand- grondbedrijven met 4,5 a 5% per jaar als gevolg van een vermindering van de ar- beidsbezetting met 14% en een stijging van de intensiteit met 30% in tien jaar. Het aandeel van de landbouw in bet nationaal inkomen daalde echter in de laatste tien jaren van ongeveer 14,5% tot ruim 10%. Ernstiger is, dat de landbouw een zorgen kind is geworden. In de landbouwpolitiek komt dan ook naast het prijsbeleid een meer belangrijke plaats voor pogingen om de agrarische structuur te verbeteren. Hierbij wordt aandacht geschonken aan de arbeidsaanwending, aan de beroepskeu ze van de agrarische jeugd, aan het onder wijs, aan de vergroting van de bedrijfsom vang, aan ontmenging en specialisering, aan het scheppen van produktie-omstan- digheden, die de mechanisatie bevorderen, de arbeidsbehoeften verminderen en een ander produktieplan mogelijk maken. Het is duidelijk, dat een en ander de behoefte aan kapitaal doet stijgen. Afzet en produktie van land b o uw prod u k ten De afzetmogelijkheden van landbouwpro- dukten zijn beperkt. De teelt van vezelge- 564 wassen e.d. wordt bedreigd door syntheti sche stoffen. Vergroting van de vraag naar voedingsmiddelen per persoon is nauwe lijks te verwachten. Vergroting van de af zet is slechts mogelijk door bevolkingstoe neming en door verhoging van de kwali teitseisen, waardoor de produktie kan ver schuiven van zctmeelrijke naar eiwit- en vitaminerijke voedingsmiddelen van hoger waarde. Door nauwere samenwerking van allen die betrokken zijn bij de produktie, de verwerking en de afzet kan een wense lijke produktieverschuiving tijdig en geco ördineerd tot stand komen, kan de verwer king efficiënter worden opgezet en kan de marktpositie van de landbouwsector wor den versterkt. Vooral met het oog op on ze omvangrijke export en de pogingen om tot een vrijere internationale markt te ko men wordt een dergelijke samenwerking van het allergrootste belang geacht. Het verduurzamen en bewerken van land- bouwprodukten heeft een grote vlucht ge nomen. Dit had in 1948 betrekking op 3 3 en in 1958 op 50% van de agrarische pro duktie. Deze toeneming wordt door een aantal factoren verklaard. De consument gunt zich minder tijd voor het bereiden van de maaltijden, het aantal werkende vrouwen neemt toe, de koopgewoonten hebben zich gewijzigd en men heeft een stijgende voorkeur voor merkartikelen, die een constante kwaliteit hebben en aan trekkelijk verpakt zijn. De grotere mate van zekerheid voor wat betreft de afzet en de prijs van be- of ver werkte produkten is voor de landbouw van groot belang. Gewezen wordt op de mogelijkheid om in de produktie op con-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1961 | | pagina 12