van de beheerders en de kassiers van de aan gesloten banken, die, aansluitende op de door de Centrale Bank gevoerde propagan da, de Boerenleenbanken metterdaad ge maakt hebben tot de spaarbank voor ieder een. Het meest sprekende bewijs hiervan is de grote procentuele toeneming van de spaargelden, die in de laatste jaren bij on/.e boerenleenbankorganisatie in vergelijking met andere spaarbankinstellingen steeds het grootst was. Het aandeel van de tegoeden van niet-agra- riers op het totaal der toevertrouwde spaar gelden, dat einde 1957 rond 47% bedroeg, blijkt volgens latere steekproeven geleide lijk groter te worden en heeft thans 5o'Vo overschreden. Dat de aktiviteiten resultaat hebben gehad moge blijken uit het volgen de overzicht, waarin de groei van de spaar banken der Boerenleenbanken zowel in ab- Ontwikkeling van de spaartegoeden (in miljoenen guldens) solute cijfers als in verhouding tot de ande re spaarinstellingen tot uitdrukking komt. Dat ook het aantal spaarders bij de aange sloten Boerenleenbanken een sterke groei vertoont blijkt uit de cijfers onderaan in deze kolom. Het stemt altijd tot voldoening bij het be reiken van hoogtepunten in de ontwikke ling op de afgelegde weg terug te zien en te kunnen constateren, dat de gevolgde ge dragslijn goede resultaten heeft opgele verd. De taken, die de Boerenleenbanken en de Centrale Bank nog wachten vragen echter, dat wij onze blik op de toekomst richten en dus voortbouwen aan de verdere ontwikkeling van de Boerenleenbanken tot nut van de gemeenschap waaraan deze haar diensten bewijzen in het algemeen en van de land- en tuinbouw in het bijzonder. Ontwikkeling van het aantal spaarboekjes en het gemiddelde tegoed per spaarboekje ultimo spaar instellingen waarvan bij de aangesloten banken In procenten van het totaal ultimo Totaal aan tal boekjes bij de aangesloten banken In procen ten van het totaal van alle spaar instellingen Gemiddeld tegoed per spaar boekje 1930 1.290 140 10,9 '930 159.000 4,3 1 879 1940 '•394 1 2 3 8,8 1940 167.000 3'95 738 '95° 4.054 5 26 i3'~ '95° 392.000 5'23 3 4 2 1955 5-844 780 13 >4 '955 469.000 52 3 1.663 1956 6.386 856 13'4 '956 506.000 5'45 1.692 '957 6.647 967 4,6 '957 588.000 6,13 1.644 1958 7-538 i-'59 15'4 '95 8 682.000 6,79 1.699 '959 8.607 '•359 15,8 '959 794.000 7'59 1.712 1960 9.702 1 -55 2 16,- 1960 890.000 8,2 '•743 491

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1961 | | pagina 7