Aantekeningen bij de statistische gegevens
Zoals uit de verzamelbalans per 30 november 1960 blijkt, is het saldo tegoed, dat de boerenleenbanken bij
de Centrale Bank aanhouden, gestegen met 6,6 miljoen.
Deze toeneming vindt haar oorzaak in de stijging van de toevertrouwde middelen, waartegenover een ge
ringere aanwas staat van de uitzettingen.
Gedurende de maand november werd er bij de Stichting Spaarbank van de aangesloten banken 14,6 mil
joen meer ingelegd dan terugbetaald, terwijl het tegoed, dat de rekeninghouders in rekening-courant aan
houden, toenam met 6,5 miljoen.
De uitzettingen, - waaronder wordt verstaan het totaal bedrag aan debetsaldi in lopende rekening en voor
schotten, - vertoonden een stijging met 13 miljoen.
Deze ontwikkeling is in overeenstemming met het seizoenpatroon. Immers in deze tijd van het jaar vindt
bij de gemengde bedrijven en akkerbouwbedrijven de afrekening plaats van de verkochte landbouwpro
ducten, waardoor de spaarsaldi en creditsaldi in deze landbouwgebieden stijgen. Deze stijging wordt enigs
zins afgeremd door de ontwikkeling in het tuinbouwgebied en wel met name in het Westland. Dit gebied
heeft zich in sterke mate gespecialiseerd op de teelt van stookproducten. De belangrijkste inkomsten hieruit
worden verkregen in het voorjaar, terwijl de bedrijven in het najaar veel middelen nodig hebben voor de
financiering van de verwarming der kassen.
Een en ander leidt tot stijging in deze gebieden van de debetsaldi en een afneming van de spaarsaldi en cre
ditsaldi
l)e spaarresultaten van de boerenleenbanken aangesloten bij de Centrale Bank te Eindhoven over de maand
december 1960 blijken evenals de vorige maand hoger te zijn dan in de overeenkomstige maanden van 1959.
Gedurende deze maand werd er f 81,2 miljoen ingelegd en f 65,4 miljoen terugbetaald, hetgeen een spaarsal
do opleverde van f 15,8 miljoen.
liet spaaroverschot bij de R.P.S. en de boerenleenbanken aangesloten bij de Raiffeisenbank te Utrecht be
droeg respectievelijk f 19,1 en f 9,7 miljoen.
482