Landbouw-economisch nieuws Op het terrein van het landbouwbeleid is opnieuw een intensief overleg gaande. De Troonrede, de miljoenen-nota en speciaal de Memorie van Toelichting op de land bouwbegroting geven allerlei, soms duide lijke en soms minder duidelijke, aanwijzin gen over de plannen en voornemens der regering op agrarisch terrein. Het Land- bouw-Economisch Instituut heeft rappor ten uitgebracht over de te verwachten kostprijzen voor 1960/1961 en over de be reikte en voor 1960/1961 te verwachten financiële resultaten voor de diverse groepen van bedrijven. De studie-commis sie voor de zuivelproblematiek heeft mid den september een interim-rapport uitge bracht. Het Landbouwschap zal op 13 ok tober een beslissing nemen over zijn voor stellen ten aanzien van de nieuwe garantie regelingen en op dezelfde dag nog deze voorstellen overleggen aan en bespreken met de Minister van Landbouw. Een van de onderwerpen, waarover uit voerige discussies hebben plaats gevonden en nog plaats vinden, is de vraag, welke be tekenis bij de vaststelling van garantieprij zen moet worden toegekend aan de door het L.E.I. berekende kostprijzen. Vorig jaar is Minister Marijnen met de zgn. ont koppeling van garantieprijzen en kostprij zen gekomen: naar zijn mening zouden er diverse motieven zijn om bij de vaststelling van de garantieprijzen af te wijken van de berekende kostprijzen. Van landbouwzijde werd vorig jaar gesteld dat de Minister overleg zou moeten plegen met het Land bouwschap, wanneer hij de kostprijsbere keningen op bepaalde punten onvoldoende aangepast acht aan de eisen van het garan- tiebeleid. Dit overleg heeft intussen plaats gevonden en tot een grote mate van over eenstemming tussen beide partijen geleid. In verband daarmede heeft het L.E.I. zijn kostprijsberekeningen op in enkele op zichten andere uitgangspunten geba seerd. Met name zijn bij de keuze van de bedrijven, welke bij de berekening van de kostprijzen worden betrokken, andere en wel scherpere normen gehanteerd wat be treft de efficiency van de bedrijfsvoering. Hierdoor zijn een aantal bedrijven, welke tot nog toe door het L.E.I. zijn gebruikt voor de kostprijsberekeningen, nu uitge vallen en zijn de berekende kostprijzen scherper gecalculeerd d.w.z. verlaagd te genover vroeger. De Minister van Landbouw en het Land bouwschap zijn het er nu over eens, dat de kostprijzen als zodanig geen discussiepunt meer zullen vormen wanneer de garantie prijzen worden vastgesteld. Dit betekent echter niet dat de regering de garantieprij- 335

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1960 | | pagina 23