De minimum spaarinleg van lo
per kalenderjaar
Tegen het einde van het jaar wordt het
voorts belangrijk na te gaan of al de jeugd-
spaarrekeningen nog aan de voorwaarden
van de minimum inleg voldoen. Is dit niet
het geval dan kunt U bij wijze van bijzon
dere service de houders van deze jeugd-
spaarrekeningen wijzen op het feit dat hun
rekening na 31 december helaas niet meer
aan de voorwaarden zal voldoen voor de
10% Rijkspremie, tenzij zij voor 31 de
cember 1960 het benodigde bedrag bij
storten. Ook hiervoor kunt U gebruik ma
ken van propaganda-brieven die bij de
Centrale Bank verkrijgbaar zijn.
De propaganda voor de jeugdspaarwet
ter plaatse
De boerenleenbanken hebben in het afge
lopen jaar veel succes gehad met het bena
deren van de 15 jarigen en 15 t/m 20 jari
gen. Maar naast deze gerichte propaganda
levert in de praktijk het gesprek aan het
loket met de ouders, spreekbeurten voor
jeugdgroepen en sportverenigingen een
zeer goed resultaat. Welke methode ter
plaatse het meeste succes heeft is zonder
meer niet direkt aan te geven.
Wel kunt U het door Uw boerenleenbank
behaalde resultaat vergelijken met het to
taal aantal jeugdspaarders, zodat U voor
Uw boerenleenbank kunt beoordelen hoe
de stand van zaken is en welke mogelijkhe
den tot spaarwerving deze groep jongeren
U nog te bieden heeft.
Het jeugdloket
Meerdere boerenleenbanken hebben een
van de loketten ingericht tot jeugdloket
door een aan het interieur aangepast op
stapje voor een der loketten te plaatsen op
dat ook de jonge spaarders en spaarsters
zonder moeite over het loket kunnen kij
ken.
Deze jeugdloketten voorzien inderdaad in
een behoefte vooral indien de boerenleen
bank het sparen voor de schooljeugd goed
georganiseerd heeft. Over het inrichten
van deze jeugdloketten en het organiseren
van het sparen voor de schooljeugd zal de
afdeling Propaganda U gaarne van advies
dienen.
Afscheid de heer Korting
Op 30 september heeft de heer P. Korting
afscheid genomen van directie en perso
neel van de Centrale Bank in verband met
het bereiken van de pensioengerechtigde
leeftijd. Daarmee is een einde gekomen aan
een 43 jarig dienstverband met de C.C.B.
Vele jaren heeft de heer Korting deel uitge
maakt van de inspectiedienst van de Cen
trale Bank. De laatste jaren was hij belast
met de controle op de hypotheekdossiers.
Vele kassiers en beheerders hebben met de
heer Korting contact gehad gedurende zijn
langdurig dienstverband met de Centrale
Bank. Om die redenen maken wij te dezer
plaatse gaarne melding van zijn afscheid.
Wij hopen, dat de heer Korting nog lange
jaren mag genieten van zijn welverdiend
pensioen.
334