meer nu ik hier met de andere congres gangers de pracht van het Siciliaans land schap onderga evenals de ongeëvenaarde gastvrijheid van Sicilië. Intussen wordt het probleem niet eenvou diger, indien de behandeling algemeen moet worden gehouden en zich niet mag toespitsen op de bijzondere ontwikkelings vraagstukken van een enkel land of van een bepaald gewest of van een bijzondere streek. Men moet immers onderscheiden, zoals terecht door mijn Siciliaanse collega in het Europees Parlement werd gedaan toen hij aan het parlement rapporteerde over de regionale politiek in Italië, tussen achtergebleven gebieden als ver waarloosde plekjes in een bloemrijke en weelderige tuin, zoals de achtergebleven gebieden in het economisch welvarende Noord-Italië, - en hetzelfde geldt voor de achtergebleven gebieden in de meeste van de tot de Europese Economische Gemeen schap behorende Staten - en die gebieden, waarin de welvarende streken voorkomen als groene frisse oasen in een woestijn van achterlijkheid. Indien men dit onderscheid goed voor o- gen houdt, zal men vanzelf ertoe komen om de dosering van de verschillende maat regelen, die de sociaal-economische ver heffing van achtergebleven gebieden be ogen, zoals die wellicht al te schematisch in mijn rapport zijn behandeld, verschil lend toe te passen, alnaargelang men te doen heeft met enkele achtergebleven gebieden in een overigens welvarende streek of ge west, dan wel het gaat over een gewest, dat in zijn gehele ontwikkeling is achter gebleven. Het is immers duidelijk, dat in het eerste geval eventueel de agrarische verdere ontwikkeling van zo'n gebied min of meer op zichzelf kan worden gezien. Het zal dan moeten gaan om de opstelling van een streekverbeterings- of ruilver kavelingsplan, dat gericht is op verbete ring van de zg. externe produktie-omstan- digheden, waaraan vervolgens maatrege len kunnen worden gekoppeld tot verbe tering van de interne produktie-omstan- digheden op de agrarische bedrijven zelf. In het tweede geval van gehele gewesten en streken, die in ontwikkeling zijn achter gebleven, gaat het veeleer om de opstelling van een algemeen ontwikkelingsplan, dat voorziet in allerlei infra-structurele wer ken, als aanleg van wegen, kanalen, indus trieterreinen, bouw van scholen, her-in richting van het onderwijs gepaard gaande met een aanzet tot industrialisatie en de uitvoering van werken, die daarop zijn ge richt en eventueel met een land-hervor ming in grote stijl, zoals die b.v. in het Zuiden van Italië is tot stand gekomen. Landbouwkrediet en regionale politiek Naarmate men zich meer en meer bewust werd van de in het oog springende ver schillen in de graad van ontwikkeling tus sen diverse delen van een bepaald grond gebied, werd het zowel de openbare me ning, als de regeringen evenals de inter nationale organisaties steeds meer duidelijk, E. Battaglia: „De belangrijkste aspecten van het regionale beleid in Italiërapport van de commis sie voor de economische politiek op lange termijn, voor financiële aangelegenheden en voor de inves teringen, Europees Parlement. 323

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1960 | | pagina 11