Kassiersproblemen
Bewaar gevingsprovisie
De beantwoording in het vorige nummer
van de vraag over de bewaargevingspro-
visie voor in onderpand gegeven effecten
heeft enkele reacties uitgelokt, waaruit
blijkt, dat er ten deze afwijkende opvat
tingen bestaan.
Het zou te ver voeren hier alle argumen
ten voor en tegen uitvoerig te gaan be
spreken, doch in grote trekken komt het
hierop neer, dat er uitgaande van de ver
houding voorschot/credietnemer - bank
niet het strikt juridische standpunt be
hoeft te worden gehandhaafd, zoals dat in
het antwoord op de betrokken vraag tot
uitdrukking is gekomen. De Centrale Bank
heeft derhalve geen bezwaar tegen het
niet in rekening brengen door de plaatse
lijke bank van bewaargevingsprovisie voor
in onderpand genomen effecten.
Dit brengt evenwel geen verandering in
het voorschrift, dat door de plaatselijke
bank in onderpand genomen effecten bij
de Centrale Bank in bewaring moeten
worden gegeven, waarvoor door laatstge
noemde de gebruikelijke provisie aan de
plaatselijke bank in rekening zal worden
gebracht. Immers deze stukken worden
door de Centrale Bank niet in onderpand,
doch in bewaring genomen.
1. In de voorschotboekjes moet de kwite
ring van elke rentebetalingindien deze
20 of hoger is, gezegeld worden. Voor
de aflossingen behoeft in ELK voorschot
boekje slechts éénmaal gezegeld te wor
den, n.l. bij de eerste aflossing, die in het
boekje wordt gekwiteerd.
Indien een voorschotne?ner gelijktijdig
met de eerste aflossing ook de verschul
digde rente betaalt en zowel het aflos
singsbedrag als het rentebedrag groter zijn
dan f 20—, hoe moet dan gezegeld wor
den?
In dit laatste geval kan volstaan worden
met het plakken van één zegel, waarmede
aan de zegelplicht is voldaan, zowel voor
de eerste aflossing als voor de rentebeta
ling.
2. Blijkens de overeenkomsten tot geldle
ning orider garantie van het Borgstellings
fonds en de Waarborginstituten moeten
door de voorschotnemer kwitanties wor
den getekend, als de uitbetaling van het
voorschot na ondertekening van de over
eenkomst in gedeelten plaats heeft.
a Is het tekenen van een kwitantie ook
nodig als over een gedeelte van het voor
schot door het geven van een opdracht tot
overschrijving wordt beschikt?
308