gemaakt. Hierdoor komt men tot een be tere vruchtwisseling, een rationele bemes ting en een doelmatiger aanwending van arbeidskrachten, terwijl het gebruik van een bedrijfsboek beter uitvoerbaar wordt. Zelfs is het dan mogelijk een min of meer vast vruchtopvolgingsschema op te stellen. De opbrengst van het grasland is op de voorbeeldbedrijven in de periode 1948 t/m 1958 gestegen. Niettemin zijn de verschil len van bedrijf tot bedrijf soms zeer groot. Zo waren in 1955 de uitersten 1.900 kg. en 6.300 kg. ZW per ha. Het stikstofver- bruik is regelmatig toegenomen. Hoewel het percentage gemaaid grasland op de ge mengde bedrijven in het algemeen iets steeg, bleef het op de weidebedrijven na genoeg constant. Rantsoenbeweiding wordt steeds minder toegepast. Aan de winning van hooi en kuil dient volgens de heer Willemsen nog meer aandacht te worden besteed. Als gevolg van te zware bemestigingen met kalibevattende mest stoffen is het percentage kopziektegevallen de laatste vier jaren te hoog geweest. Niet tegenstaande een sterke stijging van het krachtvoerverbruik per koe is het saldo „melkopbrengst minus krachtvoerkosten" gestegen. Tekenend is, dat de bedrijven met een betere ruwvoederwinning met het hoogste saldo uit de bus komen. De ver houding bouwland: grasland is in de loop der jaren verschoven naar meer grasland. Opmerkelijk zijn de enorme verschillen in netto-overschot. In het boekjaar 1957/1958 waren de uitersten een netto-overschot van 17.700,— en een verlies van 5.800,—. De bedrijfsomvang in verhouding tot de arbeidsbezetting en de capaciteit van de boer zijn in dit opzicht belangrijke facto ren. Over het algemeen zijn de financiële resultaten van de gemengde zandbedrijven beneden de grote rivieren beter geweest dan van die er boven. Op alle bedrijven is verbetering in de efficiëntie van de arbeid waar te nemen. De gemengde bedrijven hebben dit bereikt door vergroting van de bedrijfsomvang, de weidebedrijven hoofd zakelijk door verlaging van de arbeidsbe zetting. J. Grijpstra (L.E.I.) en Ir. T. T. Wind en Dr. R. A. de Widt (P.A.W.): De rentabili teit van hooiventilatie Publikatie no. 11. Het Proefstation voor de Akker- en Wei- debouw te Wageningen heeft een publi katie het licht doen zien over de rentabili teit van hooiventilatie. 272

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1960 | | pagina 44