nadat op 15 juli 208 miljoen aan nieuwe
schatkistpromessen was afgenomen. De
rente voor callgeld, die op 19 juli officieel
reeds was verhoogd tot i3/4%, liep daar
mee op tot circa 2V2°/o.
De driemaandelijkse uitkering van het Rijk
aan de Gemeenten bracht op 25 juli ruim
300 miljoen in de markt, waarnaast in de
laatste dagen van juli en op 1 augustus
tezamen nog eens bijna hetzelfde bedrag
aan vervallend schatkistpapier en rente op
staatsfondsen van de schatkist naar de
geldmarkt vloeide. Met deze injecties was
de kasreserveachterstand spoedig inge
haald, ook al vonden begin augustus reeds
behoorlijke belastingbetalingen plaats en
was de bankbiljettencirculatie mede door
de opneming van vacantiegelden in diezelf
de dagen tot een nieuwe recordhoogte ge
stegen. Ondanks deze verkrappende facto
ren werd de geldmarkt ruim, welke situatie
zeer wel past bij de nieuwe uitgifte van 3-
Koerstabel
Geld- en Kapitaalmarkt
De aanhoudende stijging van de deviezen
voorraad van De Nederlandsche Bank
heeft ertoe geleid, dat de kasreserve voor
de juli-augustus periode werd verhoogd
van 7% tot 8%. Het begin van deze nieu
we, duurdere kasreserveperiode viel in een
geldmarkt, die reeds krap was geworden,
3-6-1960
29-7-1960
31/2% Nederland 1947
925/16
(4,00 °/o)
93 "Z10
(3,92%)
3V40/o Nederland 1954
887,
(4,36%)
887,
(4,347o)
33/4% Nederland 1953
931/2
(4>39°/o)
945/s
(4,3 1%)
31/2°/o Nederland 1956
93 7 ie
(4,30%)
93 V4
(4,29%)
472°/o Nederland 1960 I
99V2
(4,56%)
ioi7.
(4,377o)
4Y4% Nederland 1959
97°/ie
(4>53°/°)
99
(4,3 77o)
3°/o Grootboek 1946
891/8
(4,34°/o)
9 i72
(4,1 27o)
3% Investeringscert.
967/8
(3,89%)
97°/is
(3,82%)
3% Nederland 1962-64
97*U
(3,597o)
9«78
(3,477o)
260