Een Belgisch project
tot opvoering
van de produktiviteit
van de landbouw
De Belgische Regering heeft enige tijd ge
leden een wetsontwerp ingediend inzake
de oprichting van een investeringsfonds.
Hoewel dit wetsontwerp nog niet is be
handeld door de beide kamers der Staten
Generaal is het wel reeds behandeld door
de Belgische Senaat. De Senaat heeft in de
oorspronkelijke tekst enige wijzigingen
aangebracht welke door de regering zijn
aanvaard. De verwachting bestaat, dat het
project in zijn huidige redaktie ook door
de volksvertegenwoordiging zal worden
goedgekeurd.
Indien wij hier aandacht vragen voor dit
wetsontwerp, dan is dit omdat het naar
onze mening zeer grote consequenties zal
hebben voor de concurrentiepositie van de
Belgische landbouw.
Het wetsontwerp voorziet in de oprichting
van een afzonderlijk fonds, dat in hoofd
zaak ten doel heeft:
i. als waarborg te dienen voor de terug
betaling van hoofdsom en rente van le
ningen welke door de erkende krediet
instellingen worden verstrekt, in de op
voering van de produktiviteit in de
ruimste zin, de omschakeling van be
drijven en de installaties van boeren en
tuinders.
2. het verlenen van rentesubsidies ten be-
lope van maximaal 3°/o op door de er
kende landbouwkredietinstellingen te
verstrekken leningen aan boeren en
tuinders.
Voor wat de eerste doelstelling betreft
vertoont het fonds veel overeenkomst met
het Borgstellingsfonds voor de Landbouw.
Een dergelijk instituut bestond nog niet
in België, zodat de eventuele oprichting
daarvan voor de Belgische boeren en tuin
ders een welkome aanvulling zal zijn ten
opzichte van de bestaande kredietmoge
lijkheden.
Oorspronkelijk was voorgesteld dat de
boeren en tuinders een vergoeding zouden
moeten betalen voor deze borgtocht. Door
de Senaat is deze bepaling geschrapt, zo
dat voor België dezelfde situatie zal ont
staan als voor Nederland.
Voor wat betreft het voorstel dat het
fonds ook rentesubsidies gaat verstrekken,
moet worden gesproken van een voor
België nieuwe ontwikkeling. Tot dusver
waren België en Nederland buiten de Eu-
romarkt de enige landen waar de rente op
leningen aan de land- en tuinbouw nage
noeg niet van overheidswege werd gesub
sidieerd.
Indien het wetsontwerp wordt aangeno
men zal de Belgische landbouwer in ruime
mate van deze subsidie kunnen gaan pro
fiteren. Indien men bedenkt, dat de thans
door de Belgische landbouwkredietinstel-
244