lijk doel: de algehele vervlechting van de
economie der lid-staten als grondslag van
een uiteindelijke politieke federatie. En
daarom, hebben de Nederlandse bewinds
lieden zich met het succes van de vorige
week niet alleen verdienstelijk gemaakt
voor Nederland door Nederlandse belan
gen te dienen; zij hebben daardoor mede
voor Europa wel verdiend.
Nu de handelsverruiming ook in de land
bouw kan worden voortgezet zal ook de
integratie in de landbouw tot verwerke
lijking kunnen worden gebracht op basis
van een gemeenschappelijk landbouwbe
leid, dat thans op zo kort mogelijke ter
mijn zal dienen te worden gerealiseerd.
Dit is het volgende grote werkstuk,
waarvoor de Ministers komen te staan,
dat als de toetssteen van de levensvatbaar
heid van de gemeenschap kan worden be
schouwd, maar waarvan het welslagen
door de beslissingen van de vorige week
ongetwijfeld een stuk naderbij is gebracht.
Mits ook aan dit gemeenschappelijk land
bouwbeleid een zodanige inhoud en uit
voering kan worden gegeven, dat een vrij
handelsverkeer van landbouwprodukten
binnen de E.E.G. en zoveel mogelijk ook
t.a.v. derde landen gewaarborgd is, kan de
verwerkelijking daarvan op haar beurt een
schakel vormen in de brug, die de Zes met
de overige Europese landen en met Ame
rika en Canada op de duur zal moeten ver
binden. In dit licht moet wel worden be
treurd, dat, zoals naar ik meen uit de ge
troffen beslissing moet worden afgeleid,
vooralsnog de in uitzicht gestelde vermin
dering van het buitentarief niet zal gelden
voor landbouwprodukten. Ik hoop van
harte, dat deze beslissing niet definitief zal
zijn en dat de liberalisatie in het inter-ge-
meenschapsverkeer straks zal worden ge
volgd door een liberale handelspolitiek ook
voor landbouwprodukten in de verhou
ding tot derde landen. Dit is daarom van
zo veel belang, omdat een liberale handels
politiek, evenals een liberale vervoers- en
een liberale landbouwpolitiek van de ge
meenschap, evenzoveel schakels kunnen
betekenen voor het slaan van een brug tus
sen de Zes en de Zeven. Liberale regelin
gen in de verhouding tot derde landen op
al deze terreinen zouden kunnen gelden
als gedeeltelijke realisaties op de weg naar
een hechte associatie op economisch ge
bied tussen de gemeenschap van de Zes en
de overige landen van Europa, zo mogelijk
met Amerika en Canada erbij.
Resultaten als die van de vorige week zijn
bij uitstek Europees en dragen daarom bij
tot de vrede, het Alpha en Omega van de
historische verklaring van Robert Schu-
mann op 9 mei 1950 te Parijs afgelegd,
waarmede de basis werd gelegd voor de
economische vervlechting van de econo
mie van zes Europese landen. De drie Ne
derlandse bewindslieden, Mr. J. Luns,
Minister van Buitenlandse Zaken, Mr. V.
Marijnen, Minister van Landbouw en Drs.
J. de Pous, Minister van Economische Za
ken, die de besprekingen van de Raad van
Ministers van de vorige week over de ver
snelling van de uitvoering van het E.E.G.-
Verdrag tot een succes hebben gemaakt,
hebben daarom goed werk gedaan, niet
alleen voor hun land en voor Europa, maar
ook voor de vrede, die in onze tijd voor de
gehele wereld een en ondeelbaar is.
213