Voor de ontvangst en afgifte van waarde papieren dient gebruik te worden gemaakt van de formulieren E 6 en E 7 en dit niet alleen als het gaat om stukken die in be waring worden gegeven of uit bewaring worden teruggenomen, doch ook als aan de bank effecten ten verkoop worden af gegeven of als gekochte effecten aan de opdrachtgever worden afgeleverd. Het is noodzakelijk de ontvangen of afgegeven effecten op deze formulieren volledig te omschrijven met aantal, nominale waarde, naam en nummers terwijl eventueel ook de nummers van de bijbehorende coupons en dividendbewijzen moeten worden vermeld. Het komt echter ook voor, dat effecten verkocht worden, die reeds eerder door de bezitter aan de bank in bewaring werden gegeven, of dat effecten gekocht worden, welke de koper in bewaring bij de bank wenst te geven. Voorts is het mogelijk dat van zich in bewaring bevindende effecten een of meer stukken uitloten. In deze ge vallen is er van in ontvangst nemen of af geven van stukken geen sprake. Niettemin moet de cliënt toch op de hoogte gebracht worden van het aantal stukken en de num mers daarvan, die in bewaring zijn geno men, uit de bewaring zijn verkocht of zijn uitgeloot. Dit kan geschieden aan de hand van de adviezen, die door de Centrale Bank aan de plaatselijke bank worden gezonden. Bij aankoop van effecten ten behoeve van een cliënt van een plaatselijke bank stuurt de Centrale Bank niet alleen een aankoop nota, doch ook een advies, inhoudende een specificatie (met nummers) van de stukken die in bewaring zijn genomen. Tenzij het gehele effectenbezit van een cliënt uit be waring wordt verkocht, stuurt de Centrale Bank aan de plaatselijke bank een opgave van de nummers der stukken, die verkocht zijn. Hetzelfde gebeurt, als effecten, die zich in bewaring bevinden, uitloten. Een en ander komt in het kort dus hierop neer, dat de clienten van de bank nauw keurig op de hoogte moeten zijn van de effecten, die zij ten verkoop of in bewa ring aan de bank hebben gegeven, uit be waring hebben teruggevraagd, dan wel uit bewaring zijn verkocht of uitgeloot. De daarvoor gebruikte formulieren E 6 en E 7 waarvan een exemplaar, getekend door de cliënt op de bank moet blijven, moeten volledig aansluiten op de ontvangstbeves tigingen of adviezen, die de plaatselijke bank van de Centrale Bank ontvangt. Op grond van de door de clienten gete kende formulieren E 6 en E 7 en de ont vangstbevestigingen en adviezen van de Centrale Bank dient de effectenadministra tie door de plaatselijke bank te worden bijgehouden. In het fondsenboek worden echter behalve het eigen effectenbezit van de bank alleen opgenomen de effecten die door clienten in bewaring zijn gegeven, zomede de mu taties die zich in de bewaargeving voor doen. Niet in het fondsenboek komen dus de effecten, die de bank ten verkoop ont vangt of ten behoeve van een cliënt via de Centrale Bank zijn gekocht en direct na ontvangst aan de cliënt zijn afgeleverd. Teneinde zo nodig de door de plaatselijke bank afgewikkelde effectentransacties ge makkelijk te kunnen naslaan, is het nood zakelijk voor de duplicaat effectennota's zomede voor de ontvangstbevestigingen en 148

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1960 | | pagina 32