Kassiersproblemen
Vraag: Kan ook aan leden-niet-landbou-
wers een overtrekkingsfaciliteit als be
doeld in art. 49 lid 2 van de Statuten wor
den toegestaan?
Antwoord: In genoemd artikel staat, dat
niet als blanco uitleningen worden be
schouwd kredieten tot een bij huishoude
lijk reglement vastgesteld maximum be
drag, verstrekt aan leden, die alle ontvang
sten, hun landbouwbedrijf betreffende, la
ten lopen over de rekening waarop het
krediet wordt geadministreerd. Hieruit
volgt dus dat leden, die niet het landbouw
bedrijf uitoefenen, voor deze overtrek
kingsfaciliteit niet in aanmerking kunnen
komen. Zou buiten de landbouw een zo
danig krediet worden verstrekt, dan zou
dit in strijd zijn met het bepaalde bij art.
49 lid 1 a van de Statuten, waarin staat dat,
behoudens aan bepaalde rechtspersonen,
de bank geen blanco uitleningen of beleg
gingen mag doen.
Vraag: Volgens art. 47 lid 3 van de Statu
ten kunnen ook voorschotten en kredieten
worden verstrekt ter instandhouding en
verbetering van niet-landbouwbedrijven.
In hoeverre is voor het verstrekken van
deze voorschotten en kredieten de goed
keuring van de Centrale Bank nodig?
Antwoord: Voor het verstrekken van
voorschotten of kredieten ter financiering
van andere dan landbouwbedrijven is
steeds de goedkeuring van de Centrale
Bank nodig. Immers, in art. 27 lid 2e van
de Statuten staat o.m., dat het Bestuur de
goedkeuring van de Centrale Bank behoeft
„voor het verlenen van voorschotten en
kredieten anders dan ter instandhouding
en verbetering van het door het betrokken
lid uitgeoefende landbouw bedrijf".
Vraag: Indien een lopende rekeninghou
der een aantal opdrachten tot overboeking
tegelijk aan de bank afgeeft moeten deze
dan elk afzonderlijk in het dagboek ge
boekt worden?
Antwoord: Het is geenszins noodzakelijk
in dit geval elke opdracht afzonderlijk in
het dagboek te boeken. Door het totaal
bedrag van de opdrachten in één post in
het dagboek en zelfs ook op de grootboek
rekening te boeken wordt veel schrijfwerk
bespaard. De enige moeilijkheid die zich
hierbij voordoet, is dat op het rekening
afschrift voor de rekeninghouder elke op
dracht wel afzonderlijk moet worden ver
meld. Dit kan echter worden opgelost
door de betrokken opdrachtformulieren
aaneengehecht met een telstrookje in de
ordner van de boekingsstukken op te ber
gen en bij het klaarmaken van de reke-
111