imdbuhi-eamtjmUcA niem/3 Nu de oogst van verschillende akkerbouwgewassen zoals gra nen, peulvruchten en vlas voorbij is, kunnen de boeren duidelijk zien, welke invloed de langdurige droogteperiode op de opbreng sten heeft uitgeoefend. Uiteraard zullen er wat deze opbrengsten betreft grote verschillen blijken te zijn tussen de diverse gebieden, tussen de afzonderlijke bedrijven en vaak zelfs tussen de verschil lende percelen van elk bedrijf. Maar met name voor de droogte ge voelige grond zullen de resultaten allesbehalve goed zijn. En met angstige spanning zullen vele boeren zich nu afvragen, hoe de sui kerbieten, de aardappelen en de voederbieten het in de komende weken zullen doen. Het is wel enigszins verrassend, dat de totale hoeveelheid melk, welke bij de fabrieken wordt aangevoerd, tot in juli althans nog beduidend boven de aanvoeren van het vorig jaar hebben ge legen. Maar ongetwijfeld zullen talrijke veehouders zich hiervoor in de afgelopen maanden grote financiële offers hebben moeten ge troosten in de vorm van voer-aankopen. En veelal zullen zij met enige of zelfs met grote ongerustheid de stalperiode tegemoet zien. Voor tal van gemengde bedrijven zal veel afhangen van de vraag, of de stoppelgewassen het goed of slecht zullen doen. En dan is er voor de boeren ook het wachten op de nieuwe ga rantieprijzen. De regeringsverklaring was dienaangaande geenszins geruststellend, integendeel daarin werd gezinspeeld op een verla ging van garantieprijzen, met name die van melk, om daardoor de uitgaven van de schatkist te kunnen beperken. Blijkbaar was de re gering niet voldoende tevreden met het feit, dat tengevolge van de kentering op de zuivelmarkten de schatkist-uitgaven uit hoofde van de garantie-regeling voor melk 1958/1959 100 tot 150 millioen lager zullen zijn dan een jaar geleden geraamd werd. We zullen maar niet vooruitlopen op de besprekingen en onderhandelingen omtrent de uitgangspunten voor de kostprijsberekeningen (welke nu telken jare in discussie komen) en de nieuwe garantieprijzen. Het schijnt, dat de nieuwe minister van Financiën dringt in de richting van verlaging van (bepaalde) garantieprijzen. Maar het zou geheel onredelijk en onverantwoord zijn om de garantieprijzen te verlagen, voorzover zulks niet gemotiveerd zou zijn door lagere

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1959 | | pagina 7